Kindcentrum De Schatkist

Voorwoord

Kinderopvang is onze passie. Samenwerken zit in ons bloed. Wij voelen ons verantwoordelijk voor de ontwikkeling van elk kind en willen daar elke dag mee bezig zijn.

Voor u ligt het pedagogisch werkplan van Puck&Co Kindcentrum De Schatkist. In dit plan staat beschreven hoe wij onze visie in praktijk brengen. Voor onze algemene visie verwijzen wij u graag naar het Pedagogisch Beleidsplan.

 

Op Kindcentrum De Schatkist bieden wij peuteropvang.

  • Dit betreft een peutergroep voor kinderen van 2-4 jaar (max. 16 kinderen), er is ook plek voor kinderen met een VVE indicatie of een peutersubsidie.

De peutergroep met VVE-arrangement is alleen in de schoolweken geopend, 40 weken per jaar.

Dagen van de week: Openingstijden: VVE-aanbod:
Maandag 8.30 – 12.30 uur Startblokken
Dinsdag 8.30 – 12.30 uur Startblokken
Woensdag 8.30 – 12.30 uur Startblokken
Donderdag 8.30 – 12.30 uur Startblokken
Vrijdag 8.30 – 12.30 uur Startblokken

Vanaf 1 september 2020 zijn we verplicht om 16 uur voorschoolse educatie aan te bieden aan kinderen met een VVE-indicatie vanaf 2,5 jaar.  Bij de gemeente Rheden kunnen al kinderen vanaf 2 jaar instromen op onze peuteropvang. Als kinderen 1,4 jaar bij ons zijn, wordt er in totaal 960 uur VE aangeboden, voor kinderen vanaf 2 jaar is dat dus meer dan de vereiste 960 uur.

 

Dit pedagogisch werkplan is een plan over visie, werkwijze, samenwerking en omgangsvormen binnen Kindcentrum De Schatkist en is bedoeld voor ouders/verzorgers van de kinderen en voor de pedagogisch medewerkers. Het is tot stand gekomen vanuit het algemeen pedagogisch beleid en veiligheidsprotocollen van Puck&Co. Veel zaken overlappen elkaar. Dit betekent dat u regelmatig tegen zult komen dat wij refereren aan het pedagogisch beleidsplan of andere beleidsmatige stukken die reeds aanwezig zijn binnen Puck&Co. Het complete pedagogisch beleid kunt u downloaden vanaf de website www.puckenco.nl of opvragen bij onze afdeling Klant&Service.

Dit locatiegericht werkplan is gemaakt op basis van één format voor al onze opvangvormen (Dagopvang, Peuteropvang en BSO). We merken dat deze opzet ervoor zorgt dat wanneer enkel een dagopvang, peuteropvang of een BSO aanwezig is, niet alle informatie relevant is voor alleen die aanwezige opvangvorm. Wij gaan dit aanpassen bij het inrichten van onze nieuwe website voor een betere leesbaarheid en compacter plan. U mag bij vragen of onduidelijkheden altijd contact opnemen met hilde.dewaart@puckenco.nl.

We werken vanuit vier basisdoelen met kinderen

  • Bieden van emotionele en fysieke veiligheid; we willen kinderen een fysiek en emotioneel veilige omgeving bieden;
  • Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van persoonlijke competenties; we willen dat kinderen bij ons kunnen spelen;
  • Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties; we willen dat kinderen bij ons kunnen ontmoeten;
  • Overdracht van normen en waarden; we willen dat kinderen zich bij ons individueel en sociaal kunnen ontwikkelen.

Deze vier basisdoelen worden in dit werkplan uitvoerig beschreven op zodanige wijze dat een ieder Kindcentrum De Schatkist herkent. Het ‘eigene’ van ons werk is hier duidelijk terug te vinden.

We gaan er vanuit dat kinderen een natuurlijke kracht hebben om zich te ontwikkelen met veel mogelijkheden in zich. We zien het kind als een ‘onderzoeker’ en ‘ontwikkelaar’. Kinderen moeten op hun eigen manier de wereld ontdekken. Dat ontdekken gaat door spel, activiteiten, communiceren en exploreren. We vinden het belangrijk dat kinderen gezien, gekend en bevestigd worden.

Dit pedagogisch werkplan is niet statisch. Het vraagt om regelmatige bijsturing, omdat de opvang van kinderen in een groep een dynamisch proces is. Het geeft richting aan ons handelen, het biedt houvast en het geeft duidelijkheid. Het dagritme dat het kind meemaakt, wordt in dit pedagogisch werkplan gebruikt als leidraad. Daarnaast zullen de verschillende ontwikkelingsgebieden in dit plan aan de orde komen.

Namens alle medewerkers van Kindcentrum De Schatkist

Veel leesplezier!

Kindcentrum de Schatkist
Heeckerenstraat 201
6882 DA Velp

(026) 3644978

NOOT:
In verband met de leesbaarheid is gekozen om in de gehele tekst het woord ‘ouders’ te gebruiken. Hier kan ook ‘verzorgers’ worden gelezen.

Inhoudsopgave:

Opvang

1.1 Visie op de opvoeding van kinderen en de rol van de pedagogisch medewerkers

Ieder kind ervaart en bekijkt de wereld vanuit zijn eigen beleving en ontwikkelings-niveau. Ieder kind is uniek en vraagt om een eigen benadering die bij hem past. Dit houdt in dat we objectief naar ze kijken en luisteren en ingaan op wat ze aangeven. Ons inleven in het ontwikkelingsniveau en de belevingswereld van een kind is daarbij een voorwaarde. In dit hoofdstuk leest u onze visie en hoe we dit concreet vorm willen geven.

We willen kinderen een fysiek en emotioneel veilige omgeving bieden

We heten elk kind individueel welkom bij binnenkomst op de groep. De relatie met de pedagogisch medewerker moet het kind een gevoel van veiligheid, geborgenheid en vertrouwen geven, zodat het kind de omgeving durft te ontdekken en te onderzoeken. Dit doen wij door bewust te kijken en te luisteren naar kinderen. Door gevoelig te zijn voor de signalen die een kind verbaal en non-verbaal geeft, te luisteren en hier adequaat op in te gaan (dit noem je sensitieve responsiviteit), nemen we het kind serieus. Het gevoel van veiligheid is de basis voor kinderen om zich te kunnen ontwikkelen. Als een kind zich veilig voelt en weet dat het op een pedagogisch medewerker terug kan vallen, kan het zijn aandacht richten op zichzelf en

de omgeving en nieuwe indrukken opdoen. Dit geeft een kind zelfvertrouwen en draagt bij tot een positief zelfbeeld. We monitoren het welbevinden van de kinderen. Een goede sfeer op de groep wordt gestimuleerd door aandacht te tonen, zorg voor elkaar te stimuleren en positief te kijken en luisteren naar ieder kind.

Een fysiek veilige omgeving voorkomt dat kinderen terecht komen in gevaarlijke situaties. De pedagogisch medewerker biedt door middel van structuur, en wanneer nodig het nemen van de leiding, het kind een veilige omgeving waarin het ongehinderd op onderzoek uit kan gaan. Bijvoorbeeld door het hebben van een duidelijke dagindeling en het consequent hanteren van (een paar) regels en afspraken. Wij vinden het belangrijk om evenwicht te vinden tussen het bieden van enerzijds vrijheid en ruimte en anderzijds structuur.

De volgende afspraken en regels hanteren wij op de groepen binnen Puck&Co om voor veiligheid te zorgen

  • Kindvriendelijk speelgoed; geen scherpe, kapotte of te kleine onderdelen, geschikt voor leeftijds-
    groep 0 t/m 4 jaar
  • Gevaarlijke dingen zoals scharen of schoonmaakmiddelen staan buiten het bereik van kinderen
  • Baby’s slapen onder een lakentje, op hun rug en niet te warm om wiegendood te voorkomen
  • Als er kinderen slapen wordt er regelmatig gecontroleerd, bij baby’s om het kwartier
  • Jaarlijkse controle van risico objecten zoals speeltoestellen
  • Er is altijd een pedagogisch medewerker met kinder-EHBO en BHV diploma aanwezig
  • Geïmplementeerde en actuele monitor en beleid Veiligheid&Gezondheid aanwezig op locatie
  • De noodbedjes worden vrijgehouden voor het geval zich calamiteiten voordoen
  • Er zijn geen kussens of losse doeken in de bedden van de kinderen

De volgende afspraken en regels hanteren wij op de groepen binnen Kindcentrum De Schatkist om voor veiligheid te zorgen;

  • Aanwezigheid van een EHBO doos. Deze wordt 1x per jaar gecontroleerd.
  • Minimaal 1 van de pedagogisch medewerkers heeft een BHV en kinder-EHBO certificaat en is aanwezig op locatie.
  • Op ons Kindcentrum is een ontruimingsplan aanwezig. In de ruimte zelf hangt een plattegrond van de vluchtroute.
  • Schoonmaakartikelen en gevaarlijke stoffen worden buiten bereik van kinderen gehouden.
  • We leren de kinderen omgaan met kleine risico’s en vermijden grote risico’s.
  • Het buurthuis is toegankelijk voor iedereen, maar niemand kan de groep op komen zonder    sleutel of zonder dat iemand van de groep de deur open maakt vanuit binnen.
  • Ouders melden kinderen altijd af bij de pedagogisch medewerker als zij de kinderen ophalen.
  • Als er een activiteit buiten plaatsvindt, maken wij gebruik van het evacuatiekoord. Kinderen leren hierdoor omgaan met het koord en de afspraken, als voorbereid op een situatie waarin het evacuatiekoord nodig is, zoals ontruiming.
  • De ruimte is veilig ingericht d.m.v. traphekjes voor de buitendeuren, vingersafes, kinderbeveiliging op keukenkastjes en beveiligde stopcontacten.

Wij leren de kinderen dat:

  • we rustig lopen op de groep
  • dat bijten en slaan niet gepast is
  • klimmen op tafels niet hoort
  • een bank gemaakt is om op te zitten
  • met zand gooien niet de bedoeling is

Binnen Kindcentrum De Schatkist doen wij dit op de volgende manier:

  • kinderen zich bewust maken van hun gedrag.
  • medewerkers die het goede voorbeeld geven.
  • het bespreekbaar maken van de regels.

We willen dat kinderen bij ons kunnen spelen

Wanneer je naar jonge kinderen kijkt, valt één ding onmiddellijk op; kinderen zijn altijd bezig, spontaan en ze spelen met volledige overgave.

Kinderen willen experimenteren en ontdekken, hebben plezier en vinden alles leuk. Spel is het ontdekken van jezelf, het ontdekken van de ander en het ontdekken van de wereld. Met fantasiespel, speelt het de ‘grote’ wereld na. Kinderen ontdekken de materialen en voorwerpen, ze voeren handelingen uit en uiteindelijk spelen ze rollen uit het ‘echte leven’ na.

We geven kinderen ook de ruimte om los te komen van de stereotype rol van jongen-meisje. Jongens mogen bij ons met poppen spelen, speldjes in de haren hebben en ‘meisjeskleren’ dragen als ze zich willen verkleden. Meisjes mogen met auto’s spelen en in hun fantasiespel kunnen zij ridder, vader of boef zijn. Lichamelijke verschillen tussen jongens en meisjes worden bij ons benoemd als het kind er zelf mee komt.

Ruimte om te spelen is de kern en basis van ons aanbod en handelen. Wij zorgen voor een rijke speelleeromgeving en stimuleren bijvoorbeeld de ontwikkeling van de kinderen tijdens het meespelen. Onder het kopje ‘werkwijze en dagindeling’ staat uitgewerkt hoe ons aanbod en handelen er concreet uitziet.

We willen dat kinderen zich bij ons kunnen ontwikkelen; individueel, want ieder kind is uniek

Het uitgangspunt binnen Puck&Co is dat wij kinderen de ruimte geven om zich op eigen wijze te ontwikkelen. Hiermee bedoelen we dat we kinderen de vrijheid geven zelf te kiezen wát ze willen doen, in hun eigen tempo, waarbij ze initiatieven mogen nemen waar pedagogisch medewerkers positief op ingaan, oftewel we hebben respect voor de autonomie van het kind. Veel spelmateriaal op de groepen staat daarom op kind hoogte. Kinderen mogen zelf spelmateriaal pakken, mits dit veilig is. Wij proberen een zo gevarieerd mogelijk aanbod te doen in materialen en activiteiten waarbij wij rekening houden met de verschillende ontwikkelingsniveaus en behoeftes van de kinderen. Wij stimuleren hierbij de taal, rekenwiskundige, creatieve, motorische, zintuiglijke, sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling van kinderen op een manier die past bij de leeftijd van de kinderen. Hoe wij dit concreet doen, staat uitgewerkt onder het kopje ‘werkwijze en dagindeling’.

Wanneer een kind ervaart dat het iets zelf kan, geeft dat een gevoel van trots en zelfvertrouwen. Een extra stimulans om door te gaan met die ontwikkeling. Wij proberen de kinderen daarin te stimuleren door bijvoorbeeld het geven van extra ‘taken’ (helpen van de pedagogisch medewerkers), etc.

Het hangt van (de leeftijd van) het kind af hoeveel letterlijke ruimte geboden kan worden. Van een peuter die alleen naar het toilet gaat tot een groep oudere kinderen die even ‘alleen’ buiten spelen (met toestemming van ouders). Er wordt tussen de pedagogisch medewerkers goed afgesproken hoeveel ‘ruimte’ ieder kind krijgt/ kan krijgen. Wij vinden dat kinderen deze ruimte nodig hebben om zich optimaal te kunnen ontwikkelen.

We willen dat kinderen zich bij ons kunnen ontwikkelen; in contact met leeftijdsgenootjes en andere kinderen

Een belangrijk aspect uit de kinderopvang is dat kinderen de kans krijgen anderen te ontmoeten. Kinderen leren op een natuurlijke wijze rekening te houden met elkaar en hun zelfvertrouwen en weerbaarheid te ontwikkelen door het groepsgebeuren. De jongste kinderen kunnen zich in hun ontwikkeling optrekken aan de oudere kinderen. Oudere kinderen leren de jongere kinderen te helpen. Wij vinden het belangrijk dat de kinderen elkaar leren kennen en vertrouwd raken met elkaar. Bijvoorbeeld door het leren kennen van de namen van alle kinderen of kinderen te stimuleren elkaar te helpen.

Kinderen leren veel van elkaar, door te kijken naar elkaar en door (non-verbale en verbale) interactie met elkaar. De pedagogisch medewerker begeleidt hen bij deze interacties door bijvoorbeeld kinderen bij elkaars spel te betrekken, op elkaar te laten reageren in een gesprek of samen te laten spelen in een speelhoek. Kinderen leren op deze manier samen te spelen en te delen, respect te hebben voor (de visie van) de ander, samen plezier te hebben en zo een band met elkaar op te bouwen.

En wanneer er conflicten ontstaan stimuleren wij de kinderen deze samen op te lossen. We leren de kinderen hoe je in gesprek gaat met elkaar en begeleiden hierbij de interacties tussen kinderen. De pedagogisch medewerker leert de kinderen hoe we met elkaar omgaan en zorg dragen voor elkaar door erover te praten en uitleg te geven, grenzen te stellen om voor een veilige omgeving te zorgen en door het goede voorbeeld te geven.

We willen dat kinderen elkaar bij ons kunnen ontmoeten

In de kinderopvang komen veel kinderen samen. Kinderen die qua persoonlijkheid, cultuur en in waarden en normen die ze van thuis meekrijgen verschillen. Een samenleving in het klein dus en een mooie plek om te leren omgaan met deze verschillen in persoonlijkheid, cultuur en opvatting. En om te leren opkomen voor jezelf. “Kinderen mogen alles willen, alles voelen en alles denken, maar ze mogen niet alles doen”.

De pedagogisch medewerker biedt kinderen duidelijke regels. Er zijn zo min mogelijk regels die de behoeften van de kinderen inperken, maar we vinden het wel belangrijk dat kinderen rekening leren houden met zijn/haar eigen veiligheid, behoeften en respect van anderen. Wij praten hierover met de kinderen en leggen uit waarom iets wel of niet kan. Op deze manier weet een kind waar het aan toe is en wat er van hem/haar verwacht wordt. Mocht het noodzakelijk zijn om het gedrag van een kind te corrigeren, proberen we het kind zoveel mogelijk positief af te leiden en te sturen om ongewenst gedrag te voorkomen en gewenst gedrag te stimuleren door te belonen. Als een kind boos wordt omdat we het gedrag corrigeren, dan laten we het kind even tot rust komen en gaan dan met het kind een gesprekje aan over zijn/haar gedrag. Wij vinden het belangrijk, dat het conflict altijd wordt opgelost en dat we niet te lang boos blijven op het kind. Hiermee willen wij duidelijk maken, dat we het gedrag van het kind afkeuren, en dus niet het kind als persoon.

Wij willen dat de kinderen elkaar met respect behandelen

Preventief:  Binnen onze organisatie creëren we een klimaat waarin pesten geen normaal gedrag is en met behulp van omgangsregels spreken we af hoe we ons ten opzichte van elkaar gedragen.

Directe aanpak: We leren dat je jezelf mag zijn en daarin is iedereen anders, maar wel gelijkwaardig.

Wel hanteren we bepaalde regels en grenzen. Uitlachen, slaan/schoppen, buiten sluiten en afpakken vindt niemand leuk! De kinderen leren voor zichzelf op te komen en hun grenzen aan te geven door ‘Stop, hou op’ te zeggen en een stopteken te maken met hun hand.

Ook worden de kinderen betrokken bij het oplossen. We kijken naar de reactie van een ander: “kijk iemand blij of boos of verdrietig” en wat betekent dat nou als iemand iets niet leuk vindt. Goedmaken, door altijd sorry te zeggen, mogelijk met een hand of een knuffel hoort bij de afsluiting van een incident.

Wij tonen respect naar elkaar en zorgen gezamenlijk voor een veilige omgeving. We luisteren naar elkaar en helpen elkaar.

Wij respecteren de normen en waarden van kinderen en ouders. Wij proberen hier zoveel mogelijk rekening mee te houden en leren de kinderen ook dat zij om leren gaan met verschillen in normen en waarden.

Binnen Kindcentrum De Schatkist vinden wij het belangrijk dat iedereen zich goed voelt. Dit geldt voor de kinderen, voor de ouders en voor onze medewerkers.

“Kinderen mogen alles willen, alles voelen en alles denken, maar ze mogen niet alles doen’. De pedagogisch medewerkers proberen de kinderen duidelijke regels aan te bieden. Wij hanteren zo min mogelijk regels die de behoeften van uw kind in perken, maar het kind wel leren rekening te houden met zijn/haar eigen veiligheid en de behoefte van de anderen. Hierin vinden wij een open communicatie met zowel de kinderen als ouders erg belangrijk.

1.2 Groepsindeling

Alle baby-, peuter-, en verticale groepen binnen Puck&Co hebben een eigen groepsruimte. De BSO heeft op meerdere locaties een eigen ruimte en maakt op sommige locaties gebruik van een gezamenlijke ruimte, bijvoorbeeld de peuterspeelzaal, gymzaal of gezamenlijke keuken.

Binnen Puck&Co werken we volgens de Beroepskracht Kind Ratio (BKR) conform de Wet Kinderopvang.

Samenwerking tussen groepen bij openen/sluiten (wanneer er sprake is van meer groepen op een locatie)

Aan het begin en einde van de dag kan er, wanneer de beroepskracht/kindratio dit toelaat, samengewerkt worden tussen groepen. Kinderen van een peutergroep die er dan bijv. voor 8.15 uur zijn worden dan opgevangen op de dagopvanggroep, tot de pedagogisch medewerker van de peuteropvanggroep aanwezig is. Of als er meerdere dagopvanggroepen zijn sluiten de dagopvanggroepen gezamenlijk af.

Opvang op een tweede groep (alleen als er meer groepen zijn op een locatie)

Wanneer op rustige dagdelen (zoals de woensdag/vrijdagmiddag) een beperkt aantal kinderen komt naar een groep, kan het zijn dat kinderen worden opgevangen op een andere groep. Ouders geven hiervoor toestemming via ouderportaal Konnect (‘spelen op een tweede groep’).

Wanneer plaatsing op één stam- of basisgroep binnen eenzelfde locatie (tijdelijk) niet mogelijk is, mag een kind geplaatst worden op een 2e stamgroep. Hiervoor dient een ouder toestemming te geven en dit wordt contractueel vastgelegd. Op die manier hebben we een ‘structurele’ plaatsing op een 2e stamgroep geborgd.

Bij alle situaties waarbij kinderen op een andere groep komen wordt altijd gelet op het welbevinden van de kinderen en de eisen vanuit de wet. De kinderen worden zoveel mogelijk opgevangen door vaste gezichten en primair wordt uitgegaan van de behoeften van de jongste kinderen: voor de jongsten wordt zoveel mogelijk herkenbaarheid nagestreefd (dus opvang zal plaatsvinden op de groep van de jongste aanwezige kinderen). De pedagogisch medewerkers houden vinger aan de pols: ze zien toe op de fysieke veiligheid van het kind, maar ook op zijn emotionele welbevinden. Zij gaan dus regelmatig na of de kinderen zich prettig voelen en aan het spelen zijn. De pedagogisch medewerker laat de kinderen indien nodig wennen aan alle ruimtes en begeleidt hen, zeker in het begin, letterlijk over de drempel naar eventueel andere speelruimtes.

Wij bieden peuteropvang voor kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. We hebben dagelijks plek voor 16 kinderen.

 

Binnen Puck&Co werken we volgens de Beroepskracht Kind Ratio (BKR) conform de Wet Kinderopvang. Bij de buitenschoolse opvang wordt er opvang geboden voor en na schooltijd, tijdens schoolvakanties, studiedagen en andere vrije dagen van een school.

Binnen Puck&Co Kindcentrum De Schatkist is de volgende groep aanwezig;

  • Peuteropvang                             (2-4 jaar) maximaal 16 kinderen

De Peuteropvang zal daar waar mogelijk de samenwerking op zoeken met de kleuterklas van de basisschool. De samenwerking is alleen gericht op kinderen vanaf 3 jaar.

De Peuteropvang en de kleuterklas zijn beiden gevestigd op de begaande grond. De ruimte is aan de schoolplein zijde voorzien van grote ramen. De jongere kinderen blijven binnen onze groep om hen genoeg ruimte te geven voor de ontwikkeling van die leeftijd. Om de tafels hebben we triptrapstoelen.

De groep is verder voorzien van een keuken blok, deze is vrij toegankelijk. Er staan verschillende open kasten op de groep zodat kinderen eigen keuze qua spelmateriaal kunnen maken. Aangrenzend aan de groepsruimte is de toiletruimte deze bestaat uit twee toiletten en een commode. Naast de toegangsdeur zit een raam waardoor zicht is op zowel de groep als de toiletruimte.

Bij geplande activiteiten buiten de locatie wordt het leidster kind ratio geborgd, en nemen we de uitstapjes tas en het evacuatiekoord mee. In de uitstapjes tas zitten onder andere: gegevens van ouders, kind lijsten, telefoonnummers van de achterwacht en locatiemanager en EHBO middelen. In geval van een uitstapje dient de pedagogisch medewerker te letten op (verkeers)veiligheid. Met de kinderen wordt van te voren de regels doorgenomen, daarbij worden duidelijke afspraken gemaakt over wat wel en niet mag;

  • We lopen aan het evacuatiekoord en houden deze vast.
  • We sluiten achter elkaar aan
  • We lopen rustig en rennen niet
  • We luisteren goed naar elkaar

Als we een uitstapje maken dan wordt dit gemeld bij onze locatiemanager. We zorgen ervoor dat de locatiemanager of achterwacht ook in het bezit is van het telefoonnummer waarop de pedagogisch medewerker bereikbaar is. Bij terugkomst op het Kindcentrum melden we aan de locatiemanager dat we er weer zijn.

 

1.3 Werkwijze

De dagindeling binnen Puck&Co verloopt volgens een vast ritme dat in principe voor alle kinderen geldt. Bij de dagopvang wordt uiteraard veel meer naar de behoeften gekeken qua ritme, vanwege de tijden voor bijv. flesvoeding die bij baby’s nog individueel kunnen zijn bepaald.

Dit ritme geeft een vaste structuur aan de dag voor de kinderen en daarmee voorspelbaarheid, rust en veiligheid. Binnen ons Kindcentrum De Schatkist wordt altijd de Nederlands taal gesproken.

 

Werkwijze Startblokken (alleen van toepassing voor onze KDV)

Op de meeste dagopvang- en peutergroepen van kindercentra Puck&Co wordt met de ontwikkelingsgerichte methodiek Startblokken gewerkt. Soms wordt er in de groep aangesloten bij de manier van werken bij school, bijvoorbeeld Montessori of Uk&Puk (Dalton).

Startblokken biedt kinderen een sterke pedagogische basis (emotioneel vrij zijn, nieuwsgierig zijn, met zelfvertrouwen) in een krachtige speelleeromgeving. Bij de baby’s is er gelegenheid tot ontdekken door middel van de Schattenmand. Bij de peuters bestaat de speelleeromgeving uit verschillende hoeken. In de huishoek- en of themahoek is er ruimte voor (eenvoudig) rollenspel, in de constructiehoek om te bouwen en bij de zand- watertafel om met ‘ongevormde materialen’ te spelen.

Spel is de basis bij het werken met Startblokken en sluit ons inziens aan bij de manier waarop jonge kinderen leren. Spel is voor kinderen een middel om grip te krijgen op de wereld, wat de basis legt voor zijn verdere ontwikkeling. Een kind dat speelt, ontwikkelt zich omdat in het spel alle ontwikkelingsgebieden aan bod komen.

Ook bieden wij binnen Startblokken gerichte activiteiten aan zoals motorische en creatieve activiteiten en boeken, liedjes en versjes om de taalontwikkeling van de kinderen te stimuleren. De inrichting van de hoeken en de aangeboden activiteiten worden zoveel mogelijk verbonden aan een thema. Dit kan een terugkerende gebeurtenis zijn, zoals jonge dieren in de lente of Sinterklaas. Maar ook thema’s die actueel zijn in de groep, bijvoorbeeld het ziekenhuis, doordat een kind naar het ziekenhuis moest. Jonge kinderen leren door herhaling. Daarom zorgen we ervoor dat binnen een thema bepaalde activiteiten meerdere malen worden herhaald. Een thema duurt ongeveer zes weken. Elke groep of locatie zorgt hierbij voor de eigen benodigde materialen. Soms kan hierbij gebruik worden gemaakt van themakisten, met hierin verschillende materialen en activiteiten die passen binnen het betreffende thema. Door gebruik te maken van themakisten, is veel spel, bouw en cognitief materiaal tijdens deze zes weken afgestemd op het thema van dat moment. Dit geldt mede voor de creatieve activiteiten, de (voor)leesboeken en de zang- en dansspelletjes die tijdens deze zes weken aangeboden worden.

Werkwijze observatiesysteem

Om te weten wat het ontwikkelniveau en de behoeften van het kind zijn voeren we allereerst dagelijks gerichte observaties uit. Wij zijn op onze groep gestart met de observaties in Konnect. De CITO is hierdoor komen te vervallen. We doen dus tussentijdse observaties en geplande observaties met 24, 36 en 45 maanden.

Deze observatie en registratie geeft ons informatie over de ontwikkeling van het kind en over wat het kind van de pedagogisch medewerkers nodig heeft, zoals de stimulerende of eventueel remmende factoren. Bijvoorbeeld: het kind heeft duidelijk structuur nodig of: het kind kan andere kinderen goed helpen bij motorische activiteiten?

De informatie over de ontwikkeling van de kinderen in de groep komen in groepsoverzichten. Deze gebruikt de pedagogisch medewerker bij de invullen van het thema en de groepsplannen: de activiteiten en het aanbod. De verschillende Startblokken activiteiten, maar vooral spel en een rijke speelleeromgeving blijft hierbij de basis. Ook bij de begeleiding van de activiteiten gebruikt de pedagogisch medewerker informatie over de ontwikkeling van de kinderen. Bijvoorbeeld: dit kind stel ik een vraag waar het alleen ja of nee op hoeft te antwoorden (gesloten vraag), terwijl ik dit kind juist een vraag stel waar het zelf een antwoord op moet formuleren (open vraag). Bij de begeleiding probeert de pedagogisch medewerker aan te sluiten bij de wijze waarop jonge kinderen leren, door zoveel mogelijk mee te spelen en op die manier de ontwikkeling van de kinderen te stimuleren.

De begeleiding en activiteit kan in de grote groep gebeuren, maar het meest effectief is hierbij om in kleine groepen te werken. Er is dan meer kans op interactie met de kinderen en de pedagogisch medewerker kan het handelen nog beter op de kinderen afstemmen. Om op deze manier te kunnen werken betekent het dat er een duidelijke organisatie en een goede afstemming tussen collega’s moet zijn. Tijdens de uitvoering van het thema voert de pedagogisch medewerker dagelijkse- en gerichte observaties uit. Dit geeft informatie over de ontwikkeling van het kind en of het aanbod aansluit bij de zone van naaste ontwikkeling van de kinderen. Wanneer dit niet het geval is wijzigt de pedagogisch medewerker het aanbod tijdens het thema of neemt de informatie mee naar de uitwerking van een volgend thema.

De observaties worden bewaard bij de kind gegevens van het desbetreffende kind.

Werkwijze VVE

Kinderen met een VVE indicatie kunnen de peutergroep, met behulp van gemeentelijke subsidie gelden, 4 dagdelen per week bezoeken. Bij de peutergroepen wordt als werkwijze gebruikt gemaakt van de eerder beschreven Startblokkenwerkwijze. Bij het VVE gericht werken is er nóg meer aandacht voor het stimuleren van de taalontwikkeling van de kinderen. Aanbod en begeleiding vindt met name plaats op de taal, rekenen, sociaal- emotionele-,  motorische, creatieve-, cognitieve ontwikkeling.

Doordat de VVE kinderen meerdere uren komen in de week wordt het aanbod vanuit het thema diverse keren herhaald. Voor deze VVE kinderen wordt er in dien nodig een handelingsplan geschreven. Hierin staat beschreven waar ze het komende thema concreet aan gaan werken. Dit plan is ook met ouders besproken. De mentor is verantwoordelijk voor het maken van het plan. Aan het einde van het thema wordt er gekeken of de doelen behaald zijn. Op deze werkwijze stimuleren wij de ontwikkelingsbehoefte van de kinderen en is het ook meetbaar voor mentor en ouders of het kind een groei doormaakt.

Wij vinden het belangrijk dat de groepsruimte is afgestemd op de activiteiten en past binnen de werkwijze van Startblokken. Hierin is de speelleeromgeving (= de inrichting van de groepsruimte) van belang.

De groepsruimte is uitdagend en uitnodigend, er is veel te zien en te doen voor de kinderen. De ruimte is ingedeeld in hoeken, bijvoorbeeld bouwhoek, huishoek, leeshoek en themahoek. De hoeken worden door de pedagogisch medewerker aangepast aan het thema. Dat maakt de hoeken voor kinderen tegelijkertijd herkenbaar en uitdagend. Zo zal de kast met ontwikkelingsmaterialen bijvoorbeeld altijd puzzels bevatten, maar het puzzelaanbod is voor een deel afhankelijk van het thema dat aan de orde is. De huishoek kan bijvoorbeeld bij het thema ‘heb jij een fiets met zijwieltjes’ verrijkt worden met spullen waarin kinderen zich kunnen uitleven met alles wat bij fietsen en vervoer komt kijken. Ze wanen zich in een heuse fietsenwinkel  doordat er materialen zijn die bij een fietsenwinkel horen. Hierdoor ontstaan extra kansen door het doen-alsof-spel. Maar ook in andere hoeken kunnen materialen worden toegevoegd of tijdelijk verwijderd. Tevens kan er een themahoek worden gemaakt waarin materialen staan uitgestald die passen bij het thema

Er is structuur en overzicht. Spullen hebben een vaste plek en zijn herkenbaar/ zichtbaar. Door dat de spullen in het zicht staan weten de kinderen wat er in een bak of kast te vinden is en waar dit dus later weer opgeborgen moet worden. Dit bevordert de zelfstandigheid. Kinderen kunnen materialen zelf vinden en het zelf weer opruimen.

Een voorbeeld uitgewerkt van het thema: ‘Heb jij een fiets met zijwieltjes …?’

In de groep is een fietsenwerkplaats ingericht bij het thema ‘Heb jij een fiets met zijwieltjes …?’ De kinderen spelen er met veel plezier. Ze ‘rommelen’ lekker met de spullen en ordenen de materialen en gereedschappen. Ze poetsen en repareren onderdelen, zetten die vast, en plakken lekke banden. Ze spelen dat ze fietsenmaker, klant of verkoper zijn. Ze gaan helemaal op in deze spelactiviteiten die precies bij jonge kinderen passen.
In en rond dit spel is ook de pedagogische medewerker actief. Zij ontwerpt lees-, schrijf- en reken-wiskundeactiviteiten die ertoe doen voor de kinderen en die passen bij de doelen die zij met haar groep voor ogen heeft. Woordenschatuitbreiding bijvoorbeeld, mondelinge communicatie en beginnende geletterdheid en gecijferdheid. Doelen die in de context van het thema en het spel van de kinderen zijn ingebed. Want om ‘echt’ in de werkplaats te kunnen spelen, hebben zij nieuwe woorden en begrippen nodig. Denk maar aan de namen van de onderdelen van de fiets, zoals bagagedrager, zijwieltjes en reflector; aan woorden als luchtbel, onder water houden en een ventiel losdraaien bij het banden plakken. Het boek van bijvoorbeeld ‘Kasper de fietsenmaker’ (Klinting, 2005) kan worden gelezen om nog beter te weten hoe je een band plakt. Maar ook om tussendoelen van beginnende geletterdheid te realiseren. De kinderen leren het verhaal na te spelen en te vertellen, maken hun eigen versie van het boekje met tekeningen en eigen tekens en teksten. Het ordenen en labelen van de onderdelen en gereedschappen, het tekenen van de volgorde in bepaalde handelingen en het betalen voor reparaties, trekken de aandacht ook naar rekenen-wiskunde.

Ouders worden gestimuleerd om thuis activiteiten met hun kind uit te voeren, om op deze manier de taalontwikkeling van het kind ook thuis te stimuleren. Dit gebeurt door het meegeven of e-mailen van een informatiebrief aan het begin van het thema. Hierop staat het nieuwe thema vermeld, de begrippen die aan de orde zullen komen en liedjes en versjes die betrekking hebben op het thema en op de groep gezongen worden. De kinderen mogen iets van thuis meenemen wat betrekking heeft op het thema. In de nieuwsbrief staan ook activiteiten in die ouders met kinderen thuis kunnen doen.

Wij werken ook met logo3000. Elke week staan er een praatplaat en een woordweb centraal om bewust bezig te zijn met de ontwikkeling van taal en woordenschat.

Werkwijze BSO

Binnen de BSO is er iedere maand een activiteitenprogramma, bestaande uit een mix van creatieve-, sport-, technische-en culinaire workshops. Het activiteitenprogramma is themagericht, hierbij wordt veel samengewerkt met de dagopvang en Peuteropvang.

Er wordt bij de BSO ook gekeken naar wat er speelt in de wereld om op deze manier aan te sluiten bij de leefwereld en de interesses van de kinderen. De activiteiten zijn heel divers en gericht op wat de kinderen zelf willen (kinderparticipatie). Bij de invulling van de activiteitenplanning wordt rekening gehouden met de verschillende leeftijden van de kinderen.

Oudere kinderen worden gestimuleerd de jongere kinderen te helpen en te begeleiden bij de activiteiten. Bij de 7+/8+ kinderen wordt er naar de wensen van de kinderen gekeken. Willen ze bijvoorbeeld iets met techniek, fotografie, creatiefs of iets met socialmedia?

In kindervergaderingen stimuleren wij kinderen mee te denken over de invulling van de activiteitenplanning. Kinderen zijn niet verplicht om mee te doen aan activiteiten, maar we zullen ze er wel in stimuleren.

Door de diversiteit aan activiteiten zullen de kinderen dagelijks hun basisgroep verlaten (zie hiervoor de activiteitenplanning).

Computer en televisie vormen een belangrijk onderdeel van de belevingswereld van kinderen in de basisschoolleeftijd.

Computers en televisie maken dan ook deel uit van de aangeboden activiteiten binnen de BSO. Televisie, dvd en computer worden alleen gebruikt voor activiteiten. Hierbij wordt rekening gehouden met de leeftijd van de kinderen, duur van het gebruik, het soort programma’s en apps en het gedrag van kinderen.

Het kan leuk en educatief zijn om samen een actief spel te doen op de spelcomputer. Het internet kan ook gebruikt worden als middel bij een activiteit, kinderen krijgen dan bijvoorbeeld de opdracht om een recept op internet op te zoeken. Om er voor te zorgen dat de kinderen met mate, onder toezicht en verantwoord gebruik maken van de televisie, computers en toebehoren worden samen met de kinderen afspraken gemaakt.

 

 

 

De inhoud van het activiteitenprogramma is te vinden op de website van Puck&Co en hangt op een vaste plek binnen de groepsruimte van de BSO.

Kinderen die onze BSO bezoeken mogen met vriendjes of vriendinnetjes spelen, zelfstandig de BSO bezoeken of verlaten, en mee met een uitstapje wanneer ouders hier schriftelijke toestemming voor geven.

Tijdens de vakanties worden er extra activiteiten met de kinderen ondernomen en worden er ook regelmatig uitstapjes gemaakt. Deze vakantie-activiteitenplanning is terug te vinden op onze Locatie/Kindcentrum en wordt via de mail naar ouders gestuurd. Kinderen kunnen voor de gewenste dagdelen in de vakanties ingeschreven worden via de inschrijflijsten die bij de BSO aanwezig zijn.

1.4 Dagindeling

Binnen de verschillende groepen van Puck&Co wordt er gebruik gemaakt van een vaste dagindeling. Deze dagindeling biedt de kinderen structuur, ritme en regelmaat. Hierbij wordt gebruik gemaakt van concrete middelen, bijvoorbeeld dagritme kaarten waarop kinderen kunnen zien wat het dagritme is en zo weten ze wat ze die dag gaan doen. Of bijvoorbeeld rituelen als een vast liedje tijdens het opruimen, om overgangen zo soepel mogelijk te laten verlopen. Door de diversheid aan activiteiten, waarbij de aard van de activiteit gericht is op de vier pedagogische basisdoelen van Marianne Riksen Walraven, kiezen wij ervoor om regelmatig met de kinderen hun stam/basisgroep te verlaten. Door het verlaten van de stamgroep tijdens activiteiten/ uitstapjes kan het voor komen dat wij afwijken van de maximale groepsgrootte. Wel zorgen wij er ten alle tijden voor dat de BKR op de stamgroep blijft kloppen.

Daarnaast vinden wij het belangrijk om de sociale interactie tussen kinderen te stimuleren door, met de eventuele diverse stam/basisgroepen binnen het Kindcentrum, samen deze activiteiten te ondernemen.

De dagindeling van de verschillende groepen zijn hieronder te vinden.

Dagritme de Schatkist

8:30 – 8:40 Kinderen worden gebracht. Zij hangen hun jas/tas op en plaatsen hun foto op het aanwezigheidsbord. Daarna gaan ze in de kring zitten. 

8:40 – 9:00 Kring. We starten onze ochtend in de kring, aan de hand van de foto’s op het aanwezigheidsbord zeggen we goedemorgen tegen alle kinderen. We zingen het goedemorgen-lied. We kijken naar de dagen van de week en zingen het lied. Het kind van de dag vertelt ons wat wij gaan doen. Kinderen geven aan waar zij willen spelen, hierbij worden ze ondersteund door de pedagogisch medewerker en de pictogrammen op het bord. Als er genoeg tijd is dan doen we een kringactiviteit uit het thema.  Dit alles ondersteunen wij met gebaren.

9:00 – 9:25 Vrij spel of een gerichte activiteit. Kinderen mogen zelf kiezen wat ze willen doen. Wij bieden een activiteit aan dat aansluit bij het huidige thema. In kleine groepen kunnen kinderen hier mee bezig zijn. Wanneer kinderen iets kiezen uit de kieskast proberen we de 3+ kinderen te stimuleren hier ongeveer 10 minuten mee te spelen, we zetten een zandloper op tafel 

9:25 – 9:30 Opruimen. Wij leren de kinderen tussentijds op te ruimen. Als je klaar bent, dan ruim je dat op. Aan het einde van dit speelmoment ruimen we gezamenlijk op. 

9:30 – 9:50 Fruit/groente eten en water/thee drinken. (We bieden grote stukken met schil aan) 

9:50 – 10:00 Verschonen/wc. Alle kinderen mogen naar de wc en/of krijgen een schone luier. 

10:00 – 10:40 Vrij spel of een gerichte activiteit. Kinderen mogen zelf kiezen wat ze willen doen. Wij bieden een activiteit aan dat aansluit bij het huidige thema. In kleine groepen kunnen kinderen hier mee bezig zijn. 

10:40 – 10:45 Opruimen. Wij leren de kinderen tussentijds op te ruimen. Als je klaar bent, dan ruim je dat op. Aan het einde van dit speelmoment ruimen we gezamenlijk op. 

10:45 – 11:25 Buiten spelen*. 

11:25 – 11:35 Opruimen en handen wassen. Nadat we buiten hebben opgeruimd, gaan we naar binnen om ons klaar te maken voor het tafelmoment. Kinderen mogen naar de wc of krijgen een schone luier. Kinderen wassen hun handen voordat ze aan tafel gaan. 

11:35 – 12:10 Brood eten en water/ melk drinken. De 3+ kinderen en de jongere kinderen die dat graag willen, smeren hun eerste boterham zelfstandig. Na het eten krijgen de kinderen een washand en poetsen ze zelf hun mond en handen onder begeleiding van de pedagogisch medewerker en een bijbehorend liedje. 

12:15 – 12:25 Afsluiting. We sluiten de dag af in de kring door nog even een boek te lezen, Logo3000 of liedjes te zingen. Aan het einde zingen we ons zwaailied ‘Dag, dag allemaal’ 

12:25 – 12:30 Kinderen worden opgehaald. 

* De 3+ kinderen mogen ook op het plein van de kleuters van de Kameleon spelen. Zij zijn dagelijks vanaf 10:45 buiten. De groep wordt gesplitst. 

** Verder mogen wij dinsdag gebruik maken van de Maxx. Dit is een dagdeel. Het dagritme verandert hierdoor mogelijk 

 

 

We bieden alleen peuteropvang.

Als we binnen het gebouw met alle kinderen naar een andere ruimte gaan dan nemen we de tablet (met kindlijsten) en telefoon mee en borgen we ten alle tijden dat het kind ratio in orde is. Bij geplande activiteiten buiten de locatie wordt het leidster kind ratio geborgd, en nemen we de uitstapjes tas mee. In de uitstapjes tas zitten onder andere: gegevens van ouders, kind lijsten, telefoonnummers van de achterwacht en locatiemanager en EHBO middelen. In geval van een uitstapje dient de pedagogisch medewerker te letten op (verkeers) veiligheid. Met de kinderen wordt van te voren de regels doorgenomen, daarbij worden duidelijke afspraken gemaakt over wat wel en niet mag;

  • We lopen twee aan twee
  • We sluiten achter elkaar aan
  • We lopen rustig en rennen niet
  • We luisteren goed naar elkaar

Als we een uitstapje maken dan wordt dit gemeld bij onze locatiemanager en/of bij Kindcentrum Mickey. We zorgen ervoor dat de achterwacht ook in het bezit is van het telefoonnummer waarop de pedagogisch medewerker bereikbaar is. Bij terugkomst op het Kindcentrum melden we aan de locatiemanager en/of bij Kindcentrum Mickey dat we er weer zijn.

 

Vakantie en/of studiedag

Bij voldoende aanmeldingen zijn wij geopend.

In de vakanties worden op rustige dagen locaties samengevoegd. Dit is vooraf bekend. De woensdag en de vrijdagen zijn in de vakanties vaak dusdanig laag bezet dat het kan zijn dat er per regio maar één locatie open is. Samenvoegen gebeurt met het oog op de kinderen, zodat zij toch voldoende leeftijdgenootjes hebben om mee te spelen, tevens vanwege de personele bezetting.

Deze locatie heeft geen BSO aanbod.

1.5 3-uurs regeling

Een houder die 10 uur aaneengesloten opvang biedt, mag 3 uur per dag afwijken van de beroepskracht-kindratio (BKR). Vanaf 1 juli 2023 hoeft de houder niet meer de exacte tijdstippen vast te leggen waarop van de BKR wordt afgeweken.  

Wel hoort de houder in het pedagogisch beleidsplan op te nemen de algemene kaders over de inzet van het personeel, de BKR en het afwijken hiervan volgens de drie-uursregeling. Deze kaders leest u hier:

  • Minimaal de helft van het aantal vereiste medewerkers wordt ingezet gedurende maximaal 3 uur op de dag, dan vereist volgens de beroepskracht kindratio.
  • In welke situaties wordt afgeweken van de BKR: deze regeling maakt het mogelijk om tijdens pauzes met minder bezetting te mogen staan en ook aan het begin of einde van de dag. Het is logisch dat we medewerkers niet van 7.00-18.30 uur volledig kunnen inzetten. Het is ook logisch dat een groep kinderen aan het begin en eind van de dag niet volledig bezet is, dus daar roosteren we ook op (bijv. er wordt gestart met 1 medewerker die ook vroeger klaar is met haar dienst). Het kan echter zo zijn dat tijdens de tijd dat de medewerker alleen is, er toch al meer kinderen worden gebracht of minder opgehaald, dit is niet altijd voorspelbaar. De 3-uursregeling voorziet in de wettelijke basis om gedurende van tevoren bekend gemaakte uren en kaders dan alleen te mogen staan. Mocht er zich een situatie voordoen dat een pedagogisch medewerker in het belang van een kind haar pauze uitstelt, zodat bijvoorbeeld nog een flesje kan worden gegeven of luier verschoond, dan kan het zijn dat wordt afgeweken van de beschreven pauzetijden, maar dit vanwege pedagogische behoeften die niet altijd voorzienbaar zijn. De afwijking betreft nooit meer dan de wettelijke 3 uur.
  • Pedagogische afwegingen en behoeften van het kind: bij alle situaties waarbij kinderen worden opgevangen door minder pedagogisch medewerkers, tijdens z.g.n. ‘daluren’ (begin/einde dag, pauzes) wordt altijd gelet op het welbevinden van de kinderen en de eisen vanuit de wet. De kinderen worden zoveel mogelijk opgevangen door vaste gezichten en primair wordt uitgegaan van de behoeften van de jongste kinderen: voor de jongsten wordt zoveel mogelijk herkenbaarheid nagestreefd (dus opvang zal plaatsvinden op de groep van de jongste aanwezige kinderen). De pedagogisch medewerkers houden vinger aan de pols: ze zien toe op de fysieke veiligheid van het kind, maar ook op zijn emotionele welbevinden. Zij gaan dus regelmatig na of de kinderen zich prettig voelen en aan het spelen zijn. Wanneer er weinig kinderen zijn kunnen deze momenten worden benut voor meer individuele aandacht voor de kinderen, meer tijd voor een persoonlijke overdracht aan de ouders, etc. Bijvoorbeeld aan het begin van de dag kan de dag rustig worden opgestart, bij afsluiten nog even een rustig muziekje worden opgezet, verhaaltje gelezen e.d.. Wanneer er meer kinderen zijn dan verwacht, vraagt dit meer groepsmanagement van de pedagogisch medewerker. Bijvoorbeeld bij de BSO een beroep doen op de verantwoordelijkheid van de oudere kinderen om te helpen opruimen, kinderen in groepjes laten spelen, bij de opstart zorgen voor een voorbereide omgeving met aanbod van materialen, etc. Uiteraard koppelt de pedagogisch medewerker het terug aan de locatiemanager als er structureel meer kinderen komen dan verwacht om het rooster te blijven afstemmen op een goed pedagogisch verantwoord aanbod.

BSO

Op de BSO mogen er voor en na schooltijd en op vrije middagen maximaal een half uur per dag minder pedagogisch medewerkers worden ingezet. Tevens geldt inzet van minimaal de helft van de benodigde pedagogisch medewerkers. Naast dit half uur per dag is op vrije dagen en in de vakantie dezelfde drie-uursregeling van toepassing als in de dagopvang. Op voorwaarde dat minimaal 10 uur aaneengesloten opvang geboden wordt.

 

Bij De Schatkist is de 3-uursregeling niet van toepassing omdat we werken met vaste tijden van de peuteropvang. Op deze vaste tijden zijn onze pedagogisch medewerkers ingezet volgens de bkr en wijken we niet af.

1.6 Continuïteit pedagogisch medewerkers

Continuïteit en stabiliteit

Er wordt op onze groepen gewerkt volgens het vaste gezichten criterium conform de wettelijke regels. Dit houdt in dat er altijd één van de vaste gezichten van het kind werkzaam is op de groep. Ziekte en verlof kunnen hierop een uitzondering geven, maar ook in die gevallen wordt actief gekeken naar de borging van stabiliteit en continuïteit binnen de personele bezetting op de groep. Dit zorgt voor overzicht en duidelijkheid bij kinderen.

De roosters staan vermeld in Quebble. De pedagogisch medewerkers die werken worden met hun foto op het magneetbord gehangen die in de kring hangt en komen naar voren tijdens de ochtendkring. Deze foto’s blijven de hele ochtend hangen op het magneetbord.

Tijdens het openen en sluiten van de groep is er altijd een vaste pedagogisch medewerker aanwezig

In geval van nood wordt een zo passend mogelijke oplossing gezocht. Alle pedagogisch medewerkers die werkzaam zijn binnen Puck&Co hebben een bewijs van goed gedrag (Verklaring omtrent Gedrag (VOG) moeten overleggen en staan geregistreerd in het Personenregister Kinderopvang. De VOG’s zijn te vinden in de personeelsdossiers. Zie hiervoor de nieuwe wet op persoonsgegevens. Dagelijks zijn er meerdere pedagogisch medewerkers werkzaam. Het uitgangspunt is dat een pedagogisch medewerker nooit alleen in het gebouw is, er zijn minimaal twee volwassenen aanwezig (zie achterwachtregeling in de Monitor en Beleid Veiligheid&Gezondheid).

Is de bezetting van ons Kindcentrum van dien aard dat er twee pedagogisch medewerkers op die dag werken dan blijft de tweede pedagogisch medewerker tijdens de pauze op of rond de locatie als achterwacht.

Wanneer een pedagogisch medewerker ziek is of vrij heeft, wordt de pedagogisch medewerker in principe vervangen door een vaste invalkracht die bekend is bij de kinderen, ouders en medewerkers. Invalkrachten worden vanwege de continuïteit zoveel mogelijk op dezelfde locatie ingezet. Daarnaast wordt er gestreefd naar één vaste pedagogisch medewerker op de eigen groep. Op de kinderopvanggroepen wordt er met baby’s (0-1 jaar) gewerkt met ‘vaste gezichten’. Dit houdt in dat een baby altijd door één van de twee vaste pedagogische medewerkers wordt opgevangen. Voor invalkrachten geldt ook dat zij gediplomeerd zijn en een VOG moeten hebben. Ook wordt ten allen tijde geborgd dat er een mentor van een kind werkzaam is op de groep. Wanneer de vaste mentor afwezig is, wordt ervoor gezorgd dat er een andere aanspreekpunt voor het kind aanwezig is. De kinderen weten wie hun mentor is. Mentoren bespreken dit regelmatig tijdens de rustmomenten op de groep. Dit geldt voor alle groepen binnen de kinderopvang en voor de BSO. Bij de BSO is er een verdeling in basisgroepen, waardoor het overzichtelijker wordt voor ouders, kinderen en eventuele inval. Elke basisgroep heeft een eigen kleur en is gekoppeld aan een vaste pedagogisch medewerker.

1.7 Mentorschap

De mentor van een kind is verantwoordelijk voor alle taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot dit kind. Ouders horen bij het plaatsingsgesprek en bij tussentijdse wijzigingen bijvoorbeeld bij doorstroom naar een andere groep wie de mentor van hun kind is en zij ontvangen dit ook nog schriftelijk. De mentor voert periodieke observaties en eventuele toetsing uit (zoals beschreven bij onderdeel observaties) om op deze manier de ontwikkeling van de betreffende kinderen te kunnen volgen en stimuleren en de mentor vult het eventuele kindvolgsysteem in. De mentor voert eenmaal per jaar gesprekken met betreffende ouders over het welbevinden en de ontwikkeling van hun kind. De mentor betrekt ouders bij het welbevinden en het stimuleren van de ontwikkeling van hun kind.

Wanneer wij ‘opvallend’ gedrag opmerken bij één van de kinderen ondernemen wij de volgende stappen:

Allereerst wordt het in het team besproken: “klopt het wat ik zie?” Dan worden de ouders op de hoogte gebracht in een persoonlijk gesprek. Wij zijn in de mogelijkheid (in overleg met de ouders) de hulp van een pedagogisch beleidsmedewerker of logopediste te vragen. Afhankelijk van de vraag geeft zij dan advies en komt observeren of heeft een gesprek met de ouders/pedagogisch medewerkers om deze te ondersteunen en/of door te verwijzen naar een passende instantie voor verdere ondersteuning.

De pedagogisch medewerkers kijken gedurende de dag dag naar het gedrag van het kind en naar zijn/haar reactie op andere kinderen, pedagogisch medewerkers en omgeving. De bevindingen worden bijgehouden en gedeeld met ouders in ons volgsysteem Konnect.

Deze locatie heeft geen BSO aanbod

1.8 Wenperiode

Wanneer een nieuw kind aangemeld wordt binnen Puck&Co is er de mogelijkheid om twee dagdelen te komen wennen, zo nodig met verlenging. Ongeveer twee weken voordat de plaatsing van start gaat, wordt contact opgenomen met de ouders om een plaatsingsgesprek te plannen. Tijdens dit gesprek worden met de ouders wenafspraken vast gezet. Aan het wennen zijn geen kosten verbonden. Mocht een kind doorstromen naar een ander, nieuwe, stam/ basisgroep dan gaat het kind  vanuit de stamgroep naar de nieuwe groep om te wennen, en keert binnen de opvang tijden weer terug op de stamgroep. Dit zal vooraf met de ouders overlegd worden. Kinderen kunnen alleen op de groep komen wennen indien dit binnen de beroepskracht- kind-ratio past en zal niet boventallig plaatsvinden.

Ook voor ouders is het brengen van een kind naar de kinderopvang soms nieuw. Wanneer ouders behoefte hebben om te bellen naar de locatie, is dat onbeperkt mogelijk. De pedagogisch medewerker bericht de ouder(s) tijdens de eerste weken van opvang over de gang van zaken en nemen hiervoor extra tijd om de gewenning zo goed mogelijk plaats te laten vinden. Ook wordt het digitale communicatieschrift in Konnect ingezet in het contact tussen pedagogisch medewerkers en ouders.

Tijdens het wennen kijken we hoe het kind reageert op de scheiding met de ouder en hoe het kind zich binnen de groep voelt. Afhankelijk hiervan overleggen we met de ouders of het kind meer ruimte en of tijd nodig heeft om te wennen bij onze locatie.

Wanneer het kind daadwerkelijk geplaatst wordt in de groep, wordt er in de eerste periode gericht gekeken of er nog specifieke behoeftes bij het kind (qua veiligheid en ontwikkeling) nodig zijn. Dit wordt door de mentor zo nodig met de andere pedagogisch medewerkers en ouders besproken.

Hoe ziet het wennen er concreet uit binnen Kindcentrum De Schatkist:

  • Peuteropvang

Ouders mogen deze wenochtend uiteraard langer blijven dan doorgaans andere ouders doen. Zij kunnen de laatste informatie overleggen met de pedagogisch medewerkers en nog even een kleine activiteit doen met hun kind(eren), bijvoorbeeld een puzzel maken of een boek lezen.

Er wordt een tijd afgesproken wanneer de ouder(s) weer op de locatie terug zijn.

Samen wordt er afscheid genomen en het kind wordt door de pedagogisch medewerker ondersteund en begeleid in de dagelijkse routine.

  • BSO

Deze locatie heeft geen BSOaanbod.

1.9 Extra dagdelen

Wij bieden de mogelijkheid tot het afnemen van een extra dag/dagdeel. Dit kunt u aanvragen bij de pedagogisch medewerker van Kindcentrum De Schatkist

Het afnemen van een extra dag/deel is alleen mogelijk indien er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • er is plaats op de stam/basisgroep van het kind;
  • het ‘vaste gezicht’ van de 0-jarige aanwezig is (dit geldt dus alleen bij de dagopvang);
  • de personele bezetting laat dit toe (er is geen extra inzet van pedagogisch medewerkers nodig);
  • het verzoek tot een extra dag/dagdeel kan via Konnect worden ingediend.

In verband met de wisselende kindbezetting, daarmee samenhangende personele bezetting en tevens personeelstekorten kan op zijn vroegst een week voor het gewenste extra dagdeel worden aangegeven of dit verzoek gehonoreerd kan worden;

  • Extra dag/dagdelen worden altijd in rekening gebracht en zijn zichtbaar op de factuur;
  • In verband met de huidige maximale bezetting op sommige dagen/dagdelen kunnen wij uw extra dagdelen niet altijd aanbieden;
  • Wanneer er geen plaats is op de eigen stam/basisgroep van het kind, (en het kind is ouder dan 1 jaar), kunnen ouders kiezen voor plaatsing op een andere stam/basisgroep. Dit kan echter alleen in overleg met de pedagogisch medewerker en na een goedgekeurde aanvraag in Konnect.

Voor de overdracht gelden dezelfde regels en afspraken zoals staat beschreven bij ‘wenperiode’.

 

1.10 Verzorgen van de kinderen

Veiligheid

Binnen Puck&Co voldoen al onze locaties aan de veiligheidseisen. Hierbij is er rekening gehouden met alle leeftijden van de kinderen in de betreffende groep.

Gebouwen zijn voorzien van rookmelders en een brandmeldinstallatie, nooduitgangen, brandhaspels, blusdekens en brandblussers. Eén keer per jaar vindt er een ontruimingsoefening op Kindcentrum De Schatkist plaats. Op elke groep is een ontruimingsplan aanwezig, zodat de pedagogisch medewerkers weten hoe ze moeten handelen in het geval zich een calamiteit voordoet.

Eénmaal per zes weken wordt de Monitor en Beleid Veiligheid&Gezondheid besproken in het teamoverleg, de oudercommissie wordt hiervan op de hoogte gesteld door de Locatieverantwoordelijke. De monitor en beleid is voor ouders inzichtelijk op betreffende locatie bij de ‘rode mapjes’. 

Andere voorbeelden van maatregelen binnen Kindcentrum De Schatkist ter bevordering van de veiligheid van de kinderen zijn:

  • Schoonmaakmiddelen staan buiten het bereik van kinderen.
  • Jaarlijkse controle van risico objecten zoals de glijbaan en het speelhuisje.
  • Gegevens van kinderen zoals adres, telefoonnummer en foto’s geven wij niet aan derden zonder toestemming van de ouders.
  • Bij de peuteropvang gaat er altijd 1 pedagogisch medewerker mee naar het toilet.
  • Er is altijd minimaal 1 pedagogisch medewerker aanwezig tijdens het buiten spelen.

Binnen Kindcentrum De Schatkist doen wij er alles aan om eventuele ongelukken te voorkomen. Aanpak van de grootste risico’s met de grootste gevolgen worden actueel gehouden.

(Zie Monitor en Beleid Veiligheid&Gezondheid)

Wanneer zich een calamiteit voordoet dan hebben vaste pedagogisch medewerkers op de locatie een Bedrijfshulpverlening-opleiding (BHV) en kinder-EHBO gevolgd en weten zij hoe te handelen. 

Ondanks alle voorzorgsmaatregelen om ongelukken en gezondheidsrisico’s te voorkomen is het niet geheel uit te sluiten dat er toch een ongeluk(-je)/ besmetting kan voorkomen. Wij kiezen er bewust voor om niet alles optimaal te beveiligen. Kinderen moeten ook leren dat niet alles zomaar kan en mag. Op deze manier leren zij op hun eigen wijze enige vorm van verantwoordelijkheid te nemen. Een kind kan vallen, botsen, in aanraking komen met bacteriën etc. In onze monitor en beleid Veiligheid&Gezondheid nemen wij deze grootste risico’s mee die in een kinderopvang, waar veel kinderen en medewerkers verblijven, kunnen voorkomen.

Met de kinderen wordt besproken en geoefend hoe om te gaan met calamiteiten en waar diverse middelen voor dienen.

Kinderen krijgen aangeleerd hoe zij het evacuatiekoord moeten vasthouden, waarvoor een brandblusser gebruikt wordt en waar zij heen moeten bij een ontruiming.

Het Vier ogenprincipe

Zie Monitor en Beleid Veiligheid&Gezondheid.

Hygiëne en gezondheid

Naast veiligheid is er aandacht voor een goede verzorging, hygiëne, gezonde voeding, voldoende rust, lichamelijke beweging, plezier en het gevoel van veiligheid. Dit draagt bij aan de lichamelijke en geestelijke gezondheid van het kind. Binnen Puck&Co wordt ernaar gestreefd om kinderen gezond te laten eten en drinken. Wij sluiten hierbij aan bij de Schijf van Vijf van het Voedingscentrum.

Afspraken die we daarbij maken zijn bijvoorbeeld:

  • Voedsel wordt op de juiste plek bewaard. Hierbij letten wij op de houdbaarheidsdatum, versheid van de producten, de temperatuur waarop het voedsel bewaard moet worden.
  • Wij bieden verschillende soorten fruit aan. Daarbij proberen wij de kinderen te stimuleren om alles te proeven. Zo kunnen ze ontdekken wat ze wel en minder lekker vinden. Op dit moment krijgt elk kind een eigen bakje met fruit. Bij de keuze voor fruit houden wij rekening met het seizoen. Bij de peuteropvang eten de kinderen hun fruit en groente met een vork.

Als tussendoortje krijgen de kinderen bijvoorbeeld een soepstengel, rijstwafel of een koekje en uiteraard houden wij rekening met allergieën en geloofsovertuiging van kinderen/ouders. In principe zijn alle voedingsmiddelen binnen Puck&Co aanwezig. Als er speciale wensen zijn ten aanzien van voeding dat niet op de locatie aanwezig is, vragen wij aan ouders om dit zelf mee te nemen (bijvoorbeeld bij een dieet). Als een kind jarig is mag het trakteren. Gezonde traktaties hebben de voorkeur zoals; fruit, rozijntjes, of een stukje kaas. Teveel zoetigheid en vet eten proberen wij te vermijden. Wij vragen de ouders om hier rekening mee te houden. Indien toch snoep wordt getrakteerd wordt het mee naar huis gegeven, zodat ouders zelf kunnen beslissen of en wanneer zij dit aan hun kind willen geven. Vragen over traktaties kunnen altijd gesteld worden aan de pedagogisch medewerkers.

Aan tafel vinden wij het belangrijk dat er een gezellige en rustige sfeer heerst. We proberen kinderen te leren rustig op hun stoel te blijven zitten, gezellig wat te kletsen en op hun beurt te wachten.  We proberen de kinderen zo snel mogelijk zelfstandig te laten eten. Daar waar mogelijk helpt een ‘grote’ peuter een klein dreumes door bijvoorbeeld telkens een hap aan te reiken.

Verschonen en toiletbezoek

Uiteraard hoort het verschonen van de jongste kinderen en naar het toilet brengen van de iets oudere kinderen bij onze basistaken. Bij het verschonen en bij het toiletbezoek houden we rekening met de behoefte aan privacy van kinderen. Als wij merken dat een kind bijvoorbeeld de deur dicht wil doen bij toiletbezoek, is dat geen enkel probleem.

In overleg met ouders werken wij mee aan het oefenen van de zindelijkheid. Wij zien dit als een gezamenlijke verantwoording:

  • Wij stimuleren de kinderen om naar het toilet te gaan of op het potje te gaan zitten als wij merken dat ze daar aan toe zijn.
  • Kinderen moeten bij ons niet naar het toilet, maar door het zien van anderen en door er een ritueel van te maken loopt dit meestal vanzelf.
  • Wij prijzen en belonen de kinderen als ze iets op het toilet doen d.m.v. het plasdiploma, mag er een sticker geplakt worden.
  • Vooral aan het begin van de zindelijkheidstraining oefenen wij door de kinderen meerdere keren naar het toilet/ potje te laten gaan, ook zonder aandrang, om het kind vertrouwd te laten worden met het toilet/potje.

Wanneer een kind een ‘ongelukje’ heeft, vertellen de pedagogisch medewerkers aan het kind dat dit kan gebeuren en dat het niet erg is. Vervolgens verschonen we het kind.

Inhoudsopgave:

Zorg

Voor iedereen een passende plek

Puck& Co wil er voor alle kinderen zijn, dus ook voor kinderen die andere of specifieke aandacht van deskundigen nodig hebben. Wij proberen in samenwerking met de ouders de opvang passend te maken en te voldoen aan de behoeften van het kind. Hierbij werken wij ook nauw samen met scholen en zorgpartners.

2.1 Observeren en signaleren

Om kinderen te kunnen bieden waar ze behoefte aan hebben in hun ontwikkeling, kijken wij goed naar de kinderen en hun ontwikkeling. De pedagogisch medewerker observeert het gedrag en de ontwikkeling van kinderen en hun reactie op andere kinderen, pedagogisch medewerkers en omgeving. Van deze observaties maken wij een rapportage in ons kindvolgsysteem.

Door de observaties hebben we een goed beeld waar de kinderen staan in hun ontwikkeling op in ieder geval taal-, reken/wiskundig,- sociaal emotioneel en motorisch gebied. Op basis van dit beeld kunnen de pedagogisch medewerkers hun aanbod en doelen bepalen en binnen de activiteiten gericht differentiëren.

Met behulp van de informatie uit de observaties zorgen wij dus voor een passend aanbod voor alle kinderen. Ouders krijgen een kopie van onze rapportage. Vervolgens worden ouders uitgenodigd voor een gesprek waarbij de rapportage wordt doorgenomen en besproken met de mentor van het kind. 

Daarnaast komt de logopediste, na schriftelijke toestemming van de ouders, tweemaal per jaar om alle 3 jarige kinderen te observeren ten aanzien van hun taalontwikkeling. Indien nodig kan dan een verwijzing volgen voor (tijdelijke) logopedische ondersteuning. Dit gaat in overleg met de ouders. 

Bij vragen omtrent een zorgelijke (gedrags)ontwikkeling waarbij wij nadere observatie nodig achten, vragen wij of de pedagogisch beleidsmedewerker/coach met ons mee wil kijken.

Daarna wordt er aan een logopediste en/of een andere specialist gevraagd het betreffende kind te komen observeren. Soms kan hier een verwijzing naar een andere instantie of een zorgteam uit voortvloeien. 

Dit gaat altijd in overleg en met toestemming van de ouders. 

Wij werken zoveel mogelijk samen met andere organisaties en professionals binnen de betreffende gemeente, zodat de begeleiding van het kind in een doorgaande lijn door kan gaan, wanneer het kind naar school gaat.

Deze samenwerkingspartners zijn laagdrempelig in te zetten door de pedagogisch medewerkers. Dit kan zijn om alleen te overleggen of door langs te komen op locatie. Dit te allen tijden in overleg en na toestemming van ouders.

Binnen Kindcentrum De Schatkist worden kinderen geobserveerd wanneer pedagogisch medewerkers dit nodig vinden en/of hier behoefte aan hebben, of als ouders hierom vragen. Hierbij kun je denken aan de volgende onderwerpen; kinderen kunnen nauwelijks tot niet wennen binnen de peuteropvang of buitenschoolse opvang, kinderen spelen nauwelijks tot niet met andere kinderen of opvallend gedrag vertonen. Mochten pedagogisch medewerkers besluiten om over te gaan tot observatie wordt dit te allen tijde besproken met ouders. Bij toestemming van ouders wordt er een observatie plan gemaakt door de pedagogisch medewerker, dit bestaat uit: de reden van observatie, het stappenplan van observatie, de bevindingen en de conclusie.

Op dit moment krijgen kinderen geen logopedie meer onder groepstijd.
Ouders zijn vrij in hun keuze voor welke logopedisch centrum aansluit bij hun kind. Wel kunnen
ouders in overleg met Renes afspreken dat logopedie direct na de groepstijd kan plaatsvinden. Ouders
kunnen dan doorgeven dat hun kind door de logopediste wordt opgehaald i.p.v. door henzelf

2.2 Kinderen met een handicap, beperking, ziekte of ernstige allergie

Binnen Puck&Co willen wij kinderen met een handicap of beperking, een ziekte of een allergie een plek bieden. De toelating van deze kinderen gebeurt in nauw overleg met de ouders en eventuele hulpverlenende instanties. Tijdens het plaatsingsgesprek horen wij bijvoorbeeld graag hoe ouders bepaalde zaken aanpakken en hoe wij moeten handelen in een noodsituatie.

Wanneer tot plaatsing wordt overgegaan, wordt er regelmatig overlegd met ouders en eventuele andere instellingen om voor een zo passend mogelijke plek te blijven zorgen. De verantwoordelijkheid voor de risico’s die wij nemen als organisatie zullen wij bespreken met ouders. Daarnaast zullen wij onze afspraken vastleggen in een instemmingsdocument met ouders.

Puck&Co laat kinderen die medische handelingen nodig hebben toe op het kindercentrum, maar er moet vooraf wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Bij de aanmelding van het kind moet door de ouders worden aangegeven welke bijzonderheden er zijn. Uiteindelijk zal de locatie

manager de beslissing nemen of een kind geplaatst kan worden. Dit wordt gebaseerd op de interne mogelijkheden die er zijn.

Bij het vooraf verzwijgen van medisch handelen, kan de operationeel manager besluiten om de opvang per direct (tijdelijk) te stoppen. Dit omdat er een risico tot verkeerd handelen kan ontstaan en ter bescherming van het kind en de pedagogisch medewerker.

Overwegingen die gemaakt worden om tot plaatsing te komen zijn:

  • Is de plaatsing van het kind mogelijk binnen de normale bezetting?
  • Is plaatsing mogelijk binnen de vaardigheden van de pedagogisch medewerkers
    (met de kanttekening dat de pedagogisch medewerkers niet de beslissing nemen in
    het wel of niet toelaten van het betreffende kind)?
  • Zijn er gediplomeerde/ capabele personen (eventueel ouders zelf, wijkverpleegkundigen, geïnstrueerde pedagogisch medewerkers) beschikbaar die een medische handeling kunnen verrichten?

Wanneer een kind als gevolg van zijn ziekte een medicijn toegediend moet krijgen, moeten ouders dit doorgeven aan de pedagogisch medewerkers. Ook dienen ouders een medicijnformulier in te vullen en te ondertekenen, waarmee zij toestemming geven dat pedagogisch medewerkers het medicijn toedienen. Is de toediening van medicijnen zeer specifiek, dan dient een ouder dat eerst voor te doen zodat de pedagogisch medewerker de werkwijze kan zien. Eventueel bestaat de mogelijkheid om instructie, door een deskundige, te geven aan de pedagogisch medewerker (zie protocol zieke kinderen).

Bij sommige kinderen zijn er medische handelingen nodig door hun ziekte, denk hierbij aan het geven van injecties of sondevoeding. Op de volgende link staan de voorbehouden handelingen die onder de wet BIG (wet op Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg) vallen: https://www.btsg.nl/infobulletin/voorbehouden.html

De handelingen mogen alleen maar worden gedaan door gediplomeerde/capabele personen. Te denken aan medewerkers van de thuiszorg. Ouders geven hiervoor toestemming door het ondertekenen van het formulier ‘medisch handelen’ (zie protocol zieke kinderen).  Op die manier blijven ouders zelf verantwoordelijk.

2.3 Pedagogisch beleidsmedewerkers/coaches

Naast opleidingen ontvangen onze medewerkers pedagogische coaching om hun pedagogische competenties in de dagelijkse praktijk te ontwikkelen. Ook kunnen zij ondersteuning vragen aan de pedagogische coaches bij begeleidingsvragen over een kind, wanneer ouders hiervoor toestemming geven.  

Pedagogische coaching gebeurt op maat en vraaggericht. Praktijksituaties worden nabesproken en samen met de pedagogisch medewerkers wordt onderzocht wat nodig is om verbeteringen aan te brengen in de pedagogische praktijk. Indien nodig worden zij verder begeleid bij het in praktijk brengen van de tips en tools. Daarnaast bieden we ook aanbodgerichte coaching, o.a. via online kennisoverdracht en vastgestelde uren voor persoonlijke en teambegeleiding en een jaarlijkse studiedag.

Naast pedagogische coaching bieden wij individuele coaching ter versterking van de persoonlijke competenties en duurzame inzetbaarheid. Kindercentra Puck&Co is met dit aanbod uniek in de regio. 

Wat doen de coaches?

  • coachen van medewerkers en teams, om het optimale uit zichzelf te halen en hen te ondersteunen bij pedagogische vragen; 
  • proactief volgen van landelijke beleidsontwikkelingen en methodieken en vertalen naar wat dat betekent voor Puck&Co: wat moeten we aanpassen en vernieuwen in ons beleid en handelen; 
  • continue op orde brengen en aanpassen van werkinstructies; 
  • vraagbaak zijn voor medewerkers en ouders; 
  • optimaliseren van het stage- en opleidingsbeleid. 

Verdeling van de uren 

Wij investeren in de pedagogische praktijkkennis van onze medewerkers. Wij hebben naast de persoonlijke- en teambegeleiding van locatiemanagers, pedagogisch beleidsmedewerkers en pedagogisch coaches in dienst. We voorzien in een ruime inzet van deze coachende medewerkers omdat we het van belang vinden eenduidigheid en gedegen ondersteuning te bieden, dit om te werken aan een hoge kwaliteit.  

  • De inzet van berekende uren (wet IKK) zijn geborgd doordat deze uren evenredig worden ingezet over alle locaties, voor de inzet van een centrale beleidsmedewerker en de wekelijkse uren van locatiemanagers/coördinatoren.   

Pedagogische beleidsontwikkeling, implementatie en coaching verzorgen zij d.m.v. teamoverleggen, persoonlijke gesprekken en andere manieren van kennisoverdracht. 

  • De PM op locatie heeft d.m.v. deze inzet iedere week recht op gemiddeld een kwartier coaching per week. In praktijk kunnen de uren “geclusterd” benut worden 
  • Daarbij worden nog extra uren zowel aanbod- als vraaggericht ingezet, voldaan door de 4 pedagogisch coaches, de extra uren meewerkende coaching door deze coaches en de coachcoördinator. 
  • Jaarlijks wordt een studiedag aangeboden voor alle medewerkers van Puck&Co waarin tevens kennisoverdracht en coaching wordt meegenomen.  

Puck@cademy
Ter ondersteuning van alle deskundigheidsbevorderingsactiviteiten en communicatie binnen Kindercentra Puck&Co maken medewerkers gebruik van het online platform de Puck@cademy. De Puck@cademy heeft tot doel om de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers centraal te stellen, bijv. door de “ontwikkelcyclus” te doorlopen voor reflectie op persoonlijke ontwikkeling. Verder heeft het tot doel dat medewerkers snel en makkelijk praktische en inhoudelijke kennis en werkprocedures kunnen vinden en ophalen (bijvoorbeeld filmpjes over pedagogische onderwerpen).

Pedagogisch beleidsmedewerkers/coaches Voorschoolse Educatie (VE) 

Voor de taakopdracht van iedere coach/beleidsmedewerker VE staat het begrip ‘educatieve kwaliteit’ centraal: “het bieden van een rijke omgeving waarin kinderen spelenderwijs kunnen leren en ontdekken en waar PM’ers met uitdagende activiteiten en op doelgerichte wijze aan de verschillende ontwikkelingsdomeinen werken” (Bron citaat: Sardes, website).  

De taken en uren van de pedagogisch beleidsmedewerker/coach VE komen bovenop de al bestaande vormen van coaching en beleidswerk vanuit de wet IKK. 

Kwalitatief hoogwaardig VE-aanbod 

We zorgen voor een kwalitatief hoogwaardig VE-aanbod door te werken aan: 

  • versterking van de vaardigheden van de beroepskrachten VE 
  • uitrol ouderbetrokkenheid  
  • versterking samenhang onderwijs en peuteropvang (doorgaande lijn) 
  • integratie van kwetsbare groepen  
  • stimuleren van de taalontwikkeling.  

 

 

 

 

Inhoudsopgave:

Onderwijs

Een goed voorbereide omgeving

De pedagogisch medewerkers van Puck&Co volgen voortdurend trainingen om hun deskundigheid en professionaliteit in stand te houden of te verbeteren. Na een scholing die gezamenlijk gevolgd is, is het belangrijk dat de opgedane kennis en vaardigheden vastgehouden worden. Binnen Puck&Co kennen wij een professioneel klimaat, waarbij pedagogisch medewerkers met elkaar samenwerken en elkaar feedback durven en kunnen geven. Dit gebeurt tijdens vaste overlegmomenten, maar ook daarbuiten.

De inhoud van de trainingen is beschreven in het Pedagogisch beleidsplan en in het Opleidingsplan.

3.1 Samenwerking tussen de groepen

Pedagogisch medewerkers van eenzelfde vestiging zien en spreken elkaar regelmatig, over praktische zaken, maar ook voor inhoudelijk overleg.

Tussen de verschillende groepen binnen eenzelfde vestiging is er bijvoorbeeld regelmatig contact om ideeën en informatie uit te wisselen. Wanneer een kind overgaat naar een volgende groep, de BSO of naar school vindt er een overdracht van gegevens plaats. Binnen Puck&Co wordt de ontwikkeling van de kinderen regelmatig geobserveerd en gevolgd door de mentor van het betreffende kind.

Deze informatie gebruikt de pedagogisch medewerker in het handelen met de kinderen en de gegevens worden vastgelegd in het observatiesysteem

Wanneer een kind naar een andere groep of locatie gaan, wordt de informatie overgedragen naar de desbetreffende pedagogisch medewerkers. Dit gebeurt uiteraard altijd in overleg met de ouder.

3.2 Samenwerking derden

Wij werken veel samen met andere professionals die zich bezig houden met het opgroeien en opvoeden van jonge kinderen. Dit kan gaan om partners waar we op een specifiek inhoudelijk vlak mee samenwerken, scholen waar de kinderen naar uitstromen, BSO’s waar de kinderen naar toe gaan, BSO’s en scholen die samenwerken, om stagiaires die bij ons de kans krijgen om het vak te leren en vrijwilligers. Deze verschillende soorten partners lopen we langs.

a. partners waar we op een specifiek inhoudelijk vlak mee samenwerken

Partners waar in elke gemeente mee wordt samengewerkt, zijn het sociaal team en het consultatiebureau.

Helaas worden er op dit moment geen zorgoverleggen meer gepland. Dit is omdat de Gemeente hiervoor kiest. We hebben op eigen initiatief wel regelmatig contact met het Consultatiebureau
om bepaalde VE onderwerpen te bespreken.

Op de peuteropvang werken wij samen met de bibliotheek.

We vragen 3x per jaar een themakist aan.

Ook ontvangen wij op dit moment leskisten van Edutheek met steeds verschillend speelgoed.

Naast dat we 3x per jaar themakisten aanvragen via de Bieb, plannen we ook jaarlijks een
voorleesfeestje in, waarbij iemand van de bieb interactief komt voorlezen. (denk aan
kinderboekenweek of nationale voorleesdagen).

b. scholen waar de kinderen naar uitstromen

Ieder kindcentrum werkt op verschillende manieren met scholen samen. Het kan hierbij gaan om praktische zaken, zoals activiteiten die gezamenlijk worden uitgevoerd of om overleg over ruimtes die samen gedeeld worden. Het kan ook gaan om meer inhoudelijke zaken, zoals de uitwisseling van kennis, zorgen voor een vloeiende doorgaande lijn en het overdragen van gegevens en informatie over kinderen die doorstromen. We lichten de vloeiende doorgaande lijn en de overdracht van gegevens verder toe.

De Schatkist is actief in de organisatie van warme overdracht wanneer een kind naar de basisschool gaat. Deze actie gaat altijd in overleg met ouders. Voor kinderen met een VVE-plaatsing zal dit over het algemeen warm gebeuren, maar ook ouders van reguliere plaatsingen kunnen hiervan gebruik maken. De pedagogisch medewerkers bezoeken hiervoor alle scholen in Velp. Lukt het niet om een warme overdracht te plannen, zal dit in overleg met ouders, telefonisch of via het versturen van een overdrachtsformulier gebeuren.

Doorgaande lijn

Kindcentrum De Schatkist werkt nauw samen met basisschool de Kameleon. De kinderen die vanuit onze peuteropvang overgaan naar deze school worden eigenlijk altijd warm overgedragen, behalve als ouders dit anders wensen. Tijdens deze overdracht zijn de ouders, de desbetreffende leerkracht en een pedagogisch medewerker (het liefst de mentor van het kind) aanwezig.

Op de doorstroom vanuit de peuteropvang naar de basisschool te bevorderen ondernemen wij de volgende activiteiten met peuters vanaf 3 jaar:

  • Buiten spelen met de kleuters
  • Aansluiten met thema’s
  • Plannen van gezamenlijke activiteiten, zoals fotograaf, Sinterklaasviering, etc.
  • Kennismaken met de nieuwe leerkracht
  • 1x per maand gaan de 3+kinderen even spelen bij de kleuters in de klas.

Overdragen van gegevens van kinderen die doorstromen

Wanneer kinderen van de peutergroep naar de basisschool gaan, wordt er door de mentor van het kind op basis van de observaties een overdrachts-formulier ingevuld. Op alle locaties van Puck&Co wordt gebruik gemaakt van een overdrachtsformulier. Per gemeente zijn er afspraken gemaakt over de inhoud en vormgeving van het overdrachtsformulier, waar Puck&Co zich aan houdt.

Op het overdrachtsformulier wordt weergegeven wat de stand van zaken is met betrekking tot de ontwikkeling van het kind op het gebied van taal-, reken-, sociaal emotionele-, en motorische ontwikkeling. Ook komen (eventuele aandachts-punten met betrekking tot) de vier pedagogische doelen terug in de overdrachtsformulieren.

Het overdrachtsformulier wordt met ouders besproken tijdens het afsluitende gesprek, zij zetten bij goedkeuring hun handtekening onder het overdrachtsformulier en krijgen hier een kopie van. Ons Kindcentrum De Schatkist houdt een kopie van het overdrachtsformulier en het originele overdrachtsformulier gaat naar desbetreffende school. Voor niet geïndiceerde kinderen hebben ouders hier een keuze in.

De mentor van het kind zorgt dat het formulier bij de juiste personen terecht komt. Dit wordt de koude overdracht genoemd. Wanneer een pedagogisch medewerker behoefte heeft aan een mondelinge toelichting bij de overdracht wordt er, na goedkeuring van ouders, een zogenoemde warme overdracht geregeld. Bij dit gesprek zijn leraar, eventueel consultatiebureau en pedagogisch medewerker aanwezig. Bij kinderen met een VVE indicatie wordt er altijd een warme overdracht gepland, dit gebeurt met de leerkracht van het kind en/of de Intern Begeleider van school.

N.V.T

 

Stagiaires die bij ons de kans krijgen om het vak te leren

Puck&Co geeft stagiaires van verschillende opleidingen de mogelijkheid bij ons stage te lopen. Wij stellen ons graag open voor het (goed) opleiden van toekomstige medewerkers van de kinderopvang. Ook is een maatschappelijke stage mogelijk bij Puck&Co.

Stagiaires staan bij ons altijd boventallig op de groep en worden niet als volledige groepskracht ingezet. De stageperiode is afhankelijk van het leerjaar en de opleiding en kan variëren van een half jaar tot een jaar gedurende twee tot drie dagen per week.

De stagiaires worden door 1 bevoegde, pedagogisch medewerker van de locatie begeleid.

Als stagiaire houd je je bezig met het ondersteunen van de begeleiding en verzorging van kinderen, zowel individueel als in groepsverband.

Stagiaires gaan ons ondersteunen in:

  • het creëren van een warme en veilige omgeving;
  • kinderen positief bij te laten dragen aan de groepssfeer;
  • met spelactiviteit;
  • met organisatie en voorbereiding van speciale gelegenheden (verjaardagen, Sinterklaas,
    Moederdag, Sint Maarten, Kerstmis, Vaderdag).
  • kinderen helpen bij het in acht nemen van hygiëne,
  • met verschonen 
  • bij zindelijkheidstraining.
  • huishoudelijke activiteiten
  • beheren van materialen
  • schoonhouden van de groep

Wij achten stagiaires bereid te zijn zich te blijven ontwikkelen door functioneringsgesprekken en evaluatiegesprekken.

Bij inzet van verzorgende taken, zoals het verschonen van luiers, het voorbereiden en geven van voeding, gebeurt in eerste instantie onder toezicht van een vaste pedagogisch medewerker. Op het moment dat de begeleidende pedagogisch medewerker en de stagebegeleider vanuit de opleiding ervan overtuigd zijn dat de vaardigheden die hierbij noodzakelijk zijn voldoende beheerst worden, mag een stagiaire (niveau 3 of 4) deze taken zelfstandig uitvoeren. Uiteraard blijft er altijd een pedagogisch medewerker in de buurt.

Overige hulp

  • Indien nodig is de pandbeheerder aanwezig.
  • Leraren van basisschool Kameleonschool.
  • Interieurverzorgsters.
  • De medewerkers van De Poort. (vrijwilligers voor de was en raamschilderingen)

Inhoudsopgave:

Kennis delen

De reis van de ouder

De opvoeding binnen het gezin en de kinderopvang liggen in elkaars verlengde. Ouders zijn deskundig en eindverantwoordelijk waar het hun eigen kind betreft. De pedagogisch medewerkers zijn deskundig voor wat betreft de opvoeding van kinderen in het algemeen en de opvoeding in de groep. Wij zijn partners van de ouders. In dit hoofdstuk gaan we in op dit partnerschap tussen ouders en pedagogisch medewerkers.

4.1 Samenwerking met ouders

De kwaliteit van de kinderopvangvoorziening, dan wel het welzijn van een kind tijdens de opvang is in sterke mate afhankelijk van de relatie en samenwerking tussen ouders en pedagogisch medewerkers. Wij vinden het belangrijk dat er sprake is van wederzijdse betrokkenheid en contact. Dit betekent voor ons dat wij open staan en respect hebben voor de stijl van leven van ouders, de visie en meningen van ouders. En dat wij belangrijke informatie vanuit Puck&Co of informatie over kinderen, delen met ouders (zie het kopje ‘openheid en respect’). Van ouders verwachten wij dat belangrijke informatie (over het kind, de opvoeding of ons kinderdagverblijf) met ons wordt gedeeld. Dit stelt ons in de gelegenheid om bijvoorbeeld beter in te kunnen springen op situaties die spelen in het leven van de kinderen.

Wij kunnen gedrag beter begrijpen door erover te praten of adequaat naar te handelen

Ouders die zich niet kunnen vinden in de werkwijze van Puck& Co kunnen dit met ons delen, dan zijn wij in de gelegenheid dit verschil van mening met ouders te bespreken en onze werkwijze wellicht aan te passen. Alles in een open, respectvolle en eerlijke communicatie. Naast de dagelijkse contacten en de formelere ontmoetingsmomenten (zie het kopje ‘openheid en respect’), stimuleren wij informeel contact en betrokkenheid van ouders door ontspannen ontmoetingsmomenten te creëren, bijvoorbeeld een zomerfeest, een ouderavond of een themaochtend.

Partnerschap en samenwerking tussen ouders en pedagogisch medewerkers betekent ook dat wij ouders betrekken bij het stimuleren van de ontwikkeling van de kinderen. Wanneer het stimuleren van de ontwikkeling van de kinderen, zowel thuis als op de kinderopvang gebeurt, komt dit de ontwikkeling van de kinderen ten goede.

Binnen Kindcentrum De Schatkist betrekken wij de ouders bij het stimuleren van de ontwikkeling van de kinderen door middel van:

Peuteropvang

Tijdens de  dagelijkse haal- en brengmomenten wordt tijd gemaakt om bijzonderheden door te nemen. Ook kunnen er tips gegeven worden aan ouders betreft de ontwikkeling van hun kind (vooral bij hulpvraag vanuit ouders). Door te vragen en te luisteren hoe het thuis met ouder en kind gaat, een evaluatie gesprek, het gebruik van facebook, ouderportaal Konnect en 10 minuten gesprekken komen er ook eventuele bijzonderheden ter sprake.

Daarnaast is er nog veel informatie te vinden op het memobord;

  • De aanwezigheid van eventuele kinderziektes,
  • de personele bezetting op de groep,
  • nieuws vanuit de groep (uitstapje, activiteit, broertje/zusje/verjaardag/afscheid van een kindje).

4.2 Visie op het opvoeden met verschillen in normen en waarden

Er kan verschil bestaan in normen en waarden die de ouders en Puck&Co hanteren. Wij gaan hier graag over in gesprek met de ouders en met elkaar als team. “Hoe gaan wij bijvoorbeeld om met feestdagen die niet bekend zijn in Nederland?”.

Wij vinden het belangrijk dat kinderen leren omgaan met verschillen tussen mensen en culturen. We praten hier met hen over en leggen verschillen uit. We lezen boekjes over het onderwerp. We proberen verschillen begrijpelijk te maken door het in een spelvorm te gieten, bijvoorbeeld door kinderen elkaar te laten vergelijken in de spiegel. En bij de inrichting (van de hoeken) houden wij rekening met verschillende culturen, zodat alle kinderen zich bij ons thuis kunnen voelen. Denk hierbij aan de inrichting van thematafels en hoeken met Pasen, Kerst en het Suikerfeest.

4.3 Openheid, respect, communicatie en informatie delen

Om te komen tot een open, respectvolle communicatie en uitwisseling van informatie zijn er verschillende (in)formele gespreksmomenten en verschillende manieren waarop wij informatie met ouders delen. We zetten het op een rij:

(In)formele gespreks- en informatiemomenten

  • Rondleiding
  • Plaatsingsgespek
  • Kennismaken op de groep
  • Wennen, zie hiervoor symbool ‘opvang’ in dit pedagogisch werkplan
  • Evaluatiegesprek
  • Dagelijkse overdracht, brengen en ophalen
  • Incidenteel gesprek
  • Thema- en ouderbijeenkomsten
  • Ontwikkelgesprekken
  • Verdere informatie over het kind vanuit de ouder

Overige informatie vanuit Puck&Co:

  • Teamsamenstelling, zie hiervoor symbool ‘opvang’ in dit pedagogisch werkplan
  • Huishoudelijk reglement
  • Specifieke informatie over de locatie
  • Pedagogisch beleid / werkplan
  • Oudercommissie
  • Overplaatsing naar andere groep, zie hiervoor symbool ‘opvang’ in dit pedagogisch werkplan
  • Extra dagdelen, zie hiervoor de ‘tarieven en voorwaarden’
  • Ruilen, zie hiervoor ‘tarieven en voorwaarden’
  • Afmelding, zie hiervoor ‘tarieven en voorwaarden’

Naast de verschillende gesprekken die er met ouders plaatsvinden, wordt er op de volgende manieren informatie vanuit Puck&Co aan ouders verstrekt:

  • Bakjes
  • Memoborden
  • Thema, locatiegerichte nieuwsbrieven
  • Ouderavonden
  • Activiteitenplanning

Digitale middelen die Puck&Co inzet om ouders te informeren zijn:

  • E-mail
  • Website
  • Facebook
  • Konnect oudercommunicatie app
  • Instagram

4.4 Oudercommissie (OC)

Puck&Co heeft op veel locaties een oudercommissie die als vertegenwoordiging van alle ouders van een locatie optreedt. De oudercommissie wordt betrokken en heeft adviesrecht inzake diverse beleidsmatige zaken op locatieniveau zoals: het algemeen beleid op het gebied van voeding, opvoeding, veiligheid en gezondheid; de openingstijden; het beleid rondom voorschoolse educatie; vaststelling en wijziging van de klachtenregeling; wijzigingen van de prijs van de kinderopvang en de kwaliteit van de opvang. De oudercommissie heeft minstens twee keer per jaar een overleg met de Locatiemanager of een gedelegeerde.

Puck&Co heeft niet op elke vestiging een oudercommissie. De Wet Kinderopvang verplicht kinderopvanginstellingen tot het opstellen van een oudercommissie. Dat het formeren van een oudercommissie echter lang niet altijd lukt blijkt uit divers onderzoek in opdracht van het Ministerie. Daarom is er in een wetwijziging per 1 januari 2016 tevens een vorm van alternatieve ouderraadpleging opgenomen. Puck&Co komt tegemoet aan de alternatieve ouderraadpleging, door ouders van een vestiging zonder oudercommissie op de hoogte te stellen van de vergadermomenten van de bestaande oudercommissies. Ouders kunnen zich op deze manier aansluiten bij een vergadering van een oudercommissie.

Daarnaast gebruiken wij bij het ontbreken van een oudercommissie nieuwsbrieven en/of mail waarin alle ouders worden geïnformeerd over zaken waar wettelijk adviesrecht over is. Overigens mogen ouders ook ongevraagd adviseren over de adviesonderwerpen die in de wet zijn opgenomen.
Ouders worden in de gelegenheid gesteld om op voorgenomen besluiten/wijzigingen te reageren en vragen te stellen voor een bepaalde datum. Volgt er geen reactie dan gaan wij ervan uit dat ouders akkoord zijn met het voorgenomen besluit/wijziging.

Bij De Schatkist is momenteel geen oudercommissie, ondanks alle pogingen tot werving en onder de aandacht brengen. Wij hangen de uitnodiging voor de oudervergadering op een andere locatie aan de binnenkant van de deur op, zodat ouders hiervan op de hoogte zijn en kunnen kiezen om hier aan deel te nemen.

Alternatieve ouderraadpleging:

Op locaties waar geen oudercommissie is, kunnen ouders aansluiten bij een oudercommissievergadering naar keuze. Medewerkers op locatie kunnen hierbij aangeven waar en wanneer een betreffende oudercommissievergadering gepland is.

Daarnaast gebruiken wij bij het ontbreken van een oudercommissie nieuwsbrieven en/of mail waarin alle ouders worden geïnformeerd over zaken waar wettelijk adviesrecht over is. Overigens mogen ouders ook ongevraagd adviseren over de adviesonderwerpen die in de wet zijn opgenomen.

Ouders worden in de gelegenheid gesteld om op voorgenomen besluiten/wijzigingen te reageren en vragen te stellen voor een bepaalde datum. Volgt er geen reactie dan gaan wij ervan uit dat ouders akkoord zijn met het voorgenomen besluit/wijziging.

Ook is er een jaarlijkse “thema bijeenkomst (klankbordgroep)” met betrekking tot de tarieven en voorwaarden. Deze bijeenkomst is bedoeld voor één of twee afgevaardigden van een oudercommissie en één of 2 afgevaardigden van locaties waar geen oudercommissie is ingesteld.

Wettelijke adviesrechten:

  • De onderwerpen waarover ouders gevraagd en/of ongevraagd kunnen reageren zijn:
  • De uitvoering van het kwaliteitsbeleid, waaronder:
    • kwaliteit van het personeel
    • groepssamenstelling en groepsgrootte
    • pedagogisch beleid
  • Het algemeen beleid op het gebied van voeding, opvoeding, veiligheid en gezondheid
  • De openingstijden
  • Het beleid rondom voorschoolse educatie
  • Vaststelling en wijziging van de klachtenregeling
  • Wijziging van de prijs van de kinderopvang

Voor eventuele klachten willen wij u verwijzen naar onze klachten procedure, deze ligt ter inzage op ons Kindcentrum en is daarnaast te lezen op onze website www.puckenco.nl

 

 

Inhoudsopgave:

Ontspanning

Een gezonde levensstijl

Binnen Puck&Co vinden wij een gezonde levensstijl erg belangrijk. Daarom kiezen wij bewust voor het integreren van bewegen, voeding en natuurbeleving. In dit hoofdstuk gaan we in op bewegen en natuurbeleving.

Wij hebben bij De Schatkist ons dagritme aangepast, zodat we dagelijks kunnen besluiten om met de 3-jarige peuters buiten te spelen op het kleuterplein. (Dit is dus niet op maandag vastgelegd).

5.1 Beweegkriebels

Door te bewegen worden verschillende ontwikkelingsgebieden bij de kinderen gestimuleerd.
Al vanaf het prille begin zijn er motorische vaardigheden aanwezig en worden deze ontwikkeld:

Voorbeelden van reflexen van een pasgeboren baby 

• Zuigreflex; Oogreflex: Stapreflex en kruipreflex: basis voor latere motoriek

De ontwikkelingsvolgorde van groot motorische vaardigheden heeft alles te maken met de biologische rijping, zoals het steviger worden van botten en spieren, de uitbreiding en specialisatie van het centrale zenuwstelsel en door de groei veranderende lichaamsproporties.

De mate van ondernemingslust of exploratiedrang van het kind beïnvloedt mede de motorische ontwikkeling

Voor de invloed van de omgeving is het van groot belang dat het kind ruimschoots de kans krijgt zich te bewegen. Hoe rijker het aanbod van de mogelijkheden, des te handiger en vaardiger het kind met zijn lijf zal omgaan. Ook zijn de vermogens die het kind in aanleg heeft meegekregen van invloed op de motorische ontwikkeling. Niet alleen de mate waarin, ook het tempo waarin het zenuwstelsel rijpt en ontwikkelt is in aanleg gegeven. Daarom richten wij de binnen- en buitenruimtes van Puck&Co zo in, dat kinderen vele motorische ervaringen op hun eigen ontwikkelingsniveau kunnen doen. De pedagogisch medewerkers hebben een actieve stimulerende taak op het gebied van bewegen.

Kinderen bewegen ook graag op muziek. Wij bieden de kinderen daarom regelmatig de gelegenheid om vrij te bewegen op muziek. Daarnaast bieden wij Bewegen op muziek aan. Aan de hand van thema’s gaat de pedagogisch medewerker met de kinderen aan de slag, en we maken dan gebruik van Springlab  beweegvloer

5.2 Kinderyoga

Puck&Co biedt speelse yogalessen aan, aan kinderen van 0 t/m 13 jaar. Kinderyoga staat voor plezier, bewegen, ontspannen en contact maken met jezelf, je omgeving en anderen.

 

  • Elke dinsdag wordt er peutergym gegeven door een externe docent. Deze lessen worden verzorgd in de Maxx van de Poort.
  • Ook komt er volgens een vast rooster de Techniekbus langs.

Het is zo ‘des kinds’, ‘des kleuters’, om te spelen, te ontdekken en nieuwe
dingen te leren. Een kind leert iets nieuws als vanzelf. Die ziet iets en bedenkt
er iets bij. “Zou dit kunnen?” Die probeert het uit. Die stelt zijn idee bij als het
toch niet helemaal werkt. Als je de buis namelijk niet schuin houdt en je
probeert er een knikker doorheen te rollen, dan gebeurt er niks. Dus eigenlijk
is het idee achter techniekonderwijs, het experimenteren, het creëren en
het ontdekken. Het is wat dat betreft op het kinderlijf geschreven.

 

Kinderen leren stevig met beide voeten op de grond te staan. Het bevordert de concentratie, het zelfvertrouwen en de groepsdynamiek. Dit alles in een veilige sfeer, zonder dat er sprake is van competitie of prestatiedruk. Tijdens de yogalessen leren  de kinderen op een speelse wijze balans te voelen tussen beweging en rust, spanning en ontspanning.

5.3 Inrichting binnenruimte

Binnen Puck&Co vinden we het belangrijk dat de kinderen ook binnen de ruimte hebben om zich te bewegen. En dat de ruimte het kind uitnodigt en uitdaagt om dingen te ontdekken en te onderzoeken. Bij de inrichting is rekening gehouden dat hier ruimte voor is.

De groepen worden gezellig en sfeervol ingericht zodat het kind zich er veilig en vertrouwd voelt. Ook worden er op vaste plaatsen regelmatig kunstwerken van de kinderen opgehangen, zodat het kind kan zien dat zijn creativiteit gewaardeerd wordt.

De inrichting van de binnenruimtes en de aanwezige materialen bij Puck&Co is aangepast aan de leeftijd van de groep kinderen dat gebruik maakt van de betreffende ruimte. 

Met de aanschaf van ons spelmateriaal houden we rekening met de verschillende kinderen en de verschillende ontwikkelingsstadia waarin zij zich bevinden. We proberen een gevarieerd aanbod te hebben waarin plaats is voor spelmateriaal in verschillende kleuren, van verschillende materialen vervaardigd met verschillende ontwikkelingsdoelen. We lopen de verschillende leeftijdsgroepen langs: 

Een baby (0 tot 1 jaar)

Bij baby’s is het mooiste ‘speelgoed’ de mens. Er valt van alles te ontdekken aan zichzelf, aan andere kinderen en aan de vertrouwde verzorgers. Naarmate de baby ouder wordt en zijn wereld groter wordt, ontstaat ook de interesse voor materialen en ‘speelgoed’. Bij een baby kan een stoffen doekje al een hele ontdekkingstocht betekenen en als speelgoed gezien worden.

Spelen is voor kinderen van essentieel belang, het heeft grote invloed op de ontwikkeling van het kind. De vroegste spelvormen zijn eenvoudige beweging- en manipulatiespelletjes bijvoorbeeld: trappelen met de benen, spelen met de vingers, duwen tegen een babygym, een bal rollen en het laten vallen van een blokje. Het vaak herhalen helpt de baby om het eigen lichaam en de mogelijkheden daarvan beter te leren kennen. De baby ontwikkelt vervolgens een gevoel van competentie.

Het spel blijft leuk omdat het verassend blijft: het hangspeeltje komt terug als er tegen aan wordt geduwd, de bal rolt weg of maakt ineens een geluid. Deze eerste vormen van spel stimuleren het zelfgevoel en de motorische ontwikkeling.

Kinderen van deze leeftijd hebben hun bewegingen nog niet zo goed onder controle, zodat er wel eens hardhandig met speelgoed en materialen wordt om gegaan. Stevig speelgoed is dan ook het beste. Kinderen zijn snel afgeleid daarom geven wij niet teveel speelgoed tegelijk.

Een baby stopt alles in de mond. Het speelgoed moet daarom regelmatig schoongemaakt worden en niet te zwaar of te klein zijn zodat het ingeslikt kan worden. Het speelgoed moet ook kleurecht zijn, mag geen scherpe uitsteeksels hebben of PVC bevatten.

Voor de baby’s wordt er buiten een afgeschermde hoek gecreëerd, zodat zij veilig en rustig kunnen spelen en ontdekken.

In de babygroep bieden wij materialen en speelgoed aan dat past bij hun interesse en ontwikkeling.

Een baby:

  • luistert graag naar een rammelaar, muziekdoosje, mobile
  • kijkt graag naar kleur en beweging; kleurige en bewegende figuurtjes boven de box
  • sabbelt en zuigt op een bijtring, rammelaar, plastic speelgoed
  • voelt de vorm van het materiaal; grijpmateriaal, knuffels, popjes van badstof of plastic
  • knijpt in piepbeestjes, zachte bal
  • kijkt, beweegt en grijpt naar baby gym, activitycenter, spiegeltje, trekpopje, bal met figuurtjes
    erin, duikelaar

Een dreumes (1 tot 2 jaar)

Kinderen van deze leeftijd vinden het heerlijk om ergens dingen in te doen- eruit te halen- erin te doen en dit eindeloos te herhalen. Ze zetten dingen graag in- en uit elkaar, duwen tegen dingen aan om te laten bewegen, gooien, stapelen en ontdekken dat dingen geluid maken. Bij een keukentje op de groep is het op deze leeftijd nog vooral belangrijk dat ze dingen in de kastjes kunnen zetten en er weer uit kunnen halen. Ze zullen nog niet echt met het keukentje gaan spelen, waar het voor bedoeld is. Al beginnen ze al wel handelingen uit de ‘grote mensen wereld’ na te doen: telefoneren, thee inschenken en opdrinken of een baby verzorgen. Bij de inrichting wordt er gezorgd dat de kinderen dit eenvoudige rollenspel kunnen laten zien. In de huishoek liggen een; telefoon, bezem, dweil, stoffer en blik, poppen, Maxi-Cosi, buggy, tasje, keukentje, winkeltje, verkleedkleren etc.

Bij de materialen op de groep wordt rekening gehouden met wat dreumesen graag doen:

  • stapelen; megablokken
  • kruipen; loopfietsje, loopkar, trekbeest
  • duwen, laden, lossen; een duwkar, poppenwagen, grote auto
  • sorteren; houten puzzels en gekleurde blokken
  • rijgen; grote kralen en een groot rijgblok
  • kijken en herkennen; prentenboeken met een plaatje per pagina, liedjes en opzegboekjes
  • tekenen met wasco en kleurpotloden

Een peuter (2 tot 4 jaar)

Peuters leren steeds meer samen te spelen en worden handiger doordat hun fijne motoriek zich ontwikkelt. Veel spelmateriaal staat op kindhoogte zodat het kind zelf kan kiezen en het zelf kan pakken. Hiervoor is de ruimte overzichtelijk ingericht en op ooghoogte van de kinderen gelabeld. Op deze wijze kunnen de kinderen gemakkelijk zelf kiezen en opruimen.

Kinderen van deze leeftijd spelen graag de volwassen wereld nog verder na. Hierbij kunnen ze al de handelingen uitvoeren die bij een ‘rol’ horen, bijvoorbeeld een dokter. Ze fantaseren er van alles bij, waarbij de aanwezige levensechte materialen hen helpen en tot spel uitdagen: werkbankje, dokterssetje, keukenspulletjes, winkeltje met spullen een garage etc.

Bij de peuters wordt er met het VVE programma Startblokken gewerkt. Hierbij wordt gewerkt met specifiek ingerichte (thema)hoeken om daarmee te zorgen voor betekenisvol spel waardoor de verschillende ontwikkelingsgebieden van peuters worden gestimuleerd.

De hoek waar de kinderen ‘dokter’ spelen, wordt bijvoorbeeld zoveel mogelijk ingericht als een dokterspraktijk.

Binnen Startblokken wordt er met thema’s gewerkt en de inrichting van de ruimte wordt aangepast op het thema waar op dat moment over wordt gewerkt in de groep. Daarbij wordt zoveel mogelijk de buitenruimte meegenomen. Ook daar kunnen zij een rol spelen, doordat er buiten ook verkleedkleren worden aangeboden, of gereedschap om de ‘kapotte’ auto’s te repareren. Of de was die binnen in de groep is gedaan, wordt buiten opgehangen. De materialen en het spel valt binnen een thema en wordt daarom regelmatig afgewisseld, waardoor het steeds de nieuwsgierigheid van kinderen wekt.

Naast deze thema gebonden activiteiten, wordt er ook met andere materialen rekening gehouden met de interesses van peuters: zwembadje, glijbaan, fietsen, autorijden

Wat een peuter verder graag doet:

Materialen die de taal- en rekenontwikkeling stimuleren op een wijze die bij peuters past.

  • teken- en schrijfmateriaal die past bij de interesse van de kinderen
  • knutselen met ‘open eind’ materiaal
  • passen en meten; puzzels, vloerpuzzels, kruiwagen, driewieler, step
  • bouwen/ construeren; grote en kleine blokken, kosteloos materiaal, lego – auto’s en treinen
    uit elkaar halen, houten trein met spoor
  • onthouden en combineren; memory, domino, lotto
  • ontdekhoek met verzamelingen die geteld, geordend en gemeten kunnen worden
  • samenspelen; eenvoudige gezelschapsspelletjes als kwartetten, bonte ballonnen en het spel
    in hoeken
  • fantaseren; verkleedkleren, handpoppen
  • kijken en luisteren; prentenboeken, voorleesboeken, muziek luisteren

Ieder jaar is er een budget voor de aanschaf van nieuw speelgoed. Dit ter vervanging van oud/kapot materiaal of ter aanvulling van het bestaande aanbod.

5.4 Inrichting buitenruimte

De buitenruimtes zijn zo ingericht dat de kinderen van verschillende leeftijden op een veilige manier op onderzoek uit kunnen gaan. Als er kinderen buiten zijn, zal er altijd toezicht zijn van minimaal één pedagogisch medewerker per groep. Op de BSO is er de mogelijkheid om d.m.v. het geven van toestemming van ouder(s)/verzorgers(s) kinderen zonder toezicht buiten te laten spelen. Dit moet wel verantwoord zijn, wij moeten aan een zorgplicht voldoen en als onze inschatting is dat het nog niet verantwoord is kan een kind alleen met toezicht buiten spelen, uiteraard gaan we hier met u het gesprek over aan. Voor de veiligheid van de kinderen zijn er zo min mogelijk gevaarlijke obstakels buiten en staan er geen giftige planten. Om de veiligheid te waarborgen vindt er jaarlijks een controle plaats van de buitenspeeltoestellen, hiervan wordt een logboek bijgehouden.

Dagelijks hebben wij de mogelijkheid om met de 3+ kinderen op het kleuterplein te spelen, zodat zij samen kunnen spelen met de kleuters. Per dag kijken we naar de behoeften van de kinderen en de groepsdynamiek voordat we besluiten naar het kleuterplein te gaan.

Hier staat een glijbaan, is een zandbak aanwezig en ruimte om te fietsen e.d.

 

Door onze buitenruimtes zo groen en natuurlijk mogelijk in te richten, laten we de kinderen kennismaken met de natuur en brengen we ze respect voor de natuur bij

5.5 Avontuurlijk natuurlijk

Binnen Puck&Co vinden wij het belangrijk dat kinderen dagelijks naar buiten gaan, onder wisselende (uiteraard wel veilige) weersomstandigheden. Buitenspelen is gezond: kinderen kunnen er een frisse neus halen, hun weerstand opbouwen en hun energie kwijt. Verschillende jaargetijden en weersomstandigheden kunnen een extra/andere dimensie geven aan het buitenspelen en daar maken we soms bewust gebruik van.

Kinderen kunnen zich er vrij bewegen.

Buitenspelen bevordert de grove motoriek die bij kinderen op deze leeftijd erg in ontwikkeling is. Kinderen doen buiten heel andere ervaringen op dan binnen. Ze kunnen er op onderzoek uitgaan en er zijn vele natuurlijke materialen die uitnodigen tot fantasiespel.

Daarom bieden we de kinderen soms bewust geen materialen aan. Als het herfst is spelen ze bijvoorbeeld met de bladeren en de takken, wat hun fantasie prikkelt. 

Ook vinden er buiten kleine activiteiten plaats (samen zandkoekjes bakken, overgooien met de bal) en probeert de pedagogisch medewerker het spel van de kinderen te begeleiden of kinderen te observeren. Sommige kinderen hebben extra begeleiding van ons nodig omdat ze het nog niet prettig vinden om buiten te spelen.

Daar wij kunnen gaan we er op uit met de bakfiets of lopend, zo kunnen de kinderen de buitenwereld ontdekken en leren zij om te gaan met diverse verkeerssituaties.

5.6 Inrichting binnenruimte BSO

Binnen de BSO wordt er vaak gebruik gemaakt van gemeenschappelijke ruimtes met peuterspeelzaal of school. Puck&Co probeert zoveel mogelijk aan te sluiten bij de belevingswereld van kinderen, een uitdagende speel-leef en beleefwereld is daarbij van belang. De ruimte moet voor alle kinderen de mogelijheid bieden zich terug te trekken of juist in groepsverband activiteiten uit te voeren. Daarnaast wordt er bij de binnenruimte rekening gehouden met een aantal vaste routines. Zo zal er een mogelijkheid moeten zijn om met de groep iets te drinken of ergens te rusten. Dit kan door middel van vaste plekken of door een flexibele inrichting, waarbij er hoeken op verschillende plekken binnen een gebouw aanwezig zijn.

5.7 Inrichting buitenruimte, sport & bewegen en natuurbeleving

Er worden op de BSO dagelijks uitdagende buitenactiviteiten aangeboden om te stimuleren dat kinderen bewegen in de gezonde buitenlucht. Er wordt veel gespeeld op (school)pleinen. Daar is ruimte om te spelen, een spel te doen of samen te sporten.

Puck&Co stelt zich bij de BSO ten doel dat alle kinderen in aanraking komen met verschillende vormen van sport. We stimuleren de kinderen om te bewegen en plezier te hebben in het beoefenen van een sport.

De kinderen komen door deze manier van werken in aanraking met een breed scala van sport en spel. De pedagogisch medewerker probeert hierbij zoveel mogelijk te handelen naar de wensen van de kinderen. De kleinere kinderen in de groep ± 4-5-6 jaar worden extra begeleid bij het sporten, in het licht van veiligheid en geborgenheid.

De opvang bij onze BSO staat naast actief ook primair in het teken van natuurlijke activiteiten. Uitgangspunt daarin is dat de kinderen kennismaken met de natuur. Wij zullen met onze BSO locaties gebruik maken van de mooie bossen, parken, grasvelden en velden in onze omgeving.

Bij de BSO gaat het ontdekken steeds meer over in leren. De kinderen leren spelenderwijs over insecten, planten en bomen, hoe ze met een kompas kunnen wandelen en hoe ze hutten kunnen bouwen. Materialen die aan worden geboden kunnen kinderen bij deze ontdekkingstocht gebruiken.